Engelse synoniemen van immaculate, ander woord voor immaculate

Overzicht

Engels Synoniemen: Meer gegevens...

immaculate:
- immaculate; impeccable; unspoiled; untainted; chaste; spotless; spick-and-span; spick; spic; spic-and-span; speckless; faultless; undefiled

Engels

Uitgebreide synoniemen voor immaculate in het Engels

immaculate
immaculate; impeccable; unspoiled; untainted; chaste; spotless
- immaculate bijvoeglijk naamwoord
- impeccable bijvoeglijk naamwoord
- unspoiled bijvoeglijk naamwoord
- untainted bijvoeglijk naamwoord
- chaste bijvoeglijk naamwoord
- spotless bijvoeglijk naamwoord
immaculate
immaculate; spick-and-span; spotless
- immaculate bijvoeglijk naamwoord
- spick-and-span bijvoeglijk naamwoord
- spotless bijvoeglijk naamwoord
immaculate

– completely neat and clean ¹
immaculate; spotless; spick-and-span; spick; spic; spic-and-span; speckless
– completely neat and clean ¹
- immaculate bijvoeglijk naamwoord
  - the apartment was immaculate¹
  - in her immaculate white uniform¹
- spotless bijvoeglijk naamwoord
- spick-and-span bijvoeglijk naamwoord
  - a spick-and-span kitchen¹
- spick bijvoeglijk naamwoord
- spic bijvoeglijk naamwoord
  - their spic red-visored caps¹
- spic-and-span bijvoeglijk naamwoord
- speckless bijvoeglijk naamwoord
immaculate

– without fault or error ¹
impeccable; immaculate; faultless
– without fault or error ¹
- impeccable bijvoeglijk naamwoord
  - speaks impeccable French¹
- immaculate bijvoeglijk naamwoord
  - timing and technique were immaculate¹
  - an immaculate record¹
- faultless bijvoeglijk naamwoord
  - faultless logic¹
immaculate

– free from stain or blemish ¹
immaculate; undefiled
– free from stain or blemish ¹
- immaculate bijvoeglijk naamwoord
- undefiled bijvoeglijk naamwoord

completely neat and clean¹
- the apartment was immaculate¹
- in her immaculate white uniform¹
without fault or error¹
- timing and technique were immaculate¹
- an immaculate record¹
free from stain or blemish¹