Engels

Uitgebreide synoniemen voor strict in het Engels

strict:

strict bijvoeglijk naamwoord

  1. strict
    strict; severe; stern; inflexible
  2. strict
    strict; according to the rules
  3. strict
    – severe and unremitting in making demands 1
    stern; strict; exacting
    – severe and unremitting in making demands 1
    • stern bijvoeglijk naamwoord
      • a stern disciplinarian1
    • strict bijvoeglijk naamwoord
      • strict standards1
    • exacting bijvoeglijk naamwoord
      • an exacting instructor1
  4. strict
    – rigidly accurate; allowing no deviation from a standard 1
    rigorous; strict
    – rigidly accurate; allowing no deviation from a standard 1
    • rigorous bijvoeglijk naamwoord
      • rigorous application of the law1
    • strict bijvoeglijk naamwoord
      • a strict vegetarian1
  5. strict
    – characterized by strictness, severity, or restraint 1
    strict; nonindulgent
    – characterized by strictness, severity, or restraint 1
  6. strict
    – incapable of compromise or flexibility 1
    rigid; strict
    – incapable of compromise or flexibility 1
    • rigid bijvoeglijk naamwoord
    • strict bijvoeglijk naamwoord
  7. strict
    – (of rules) stringently enforced 1
    strict; hard-and-fast
    – (of rules) stringently enforced 1

strict [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the strict
    the strict; the orthodox
    • strict [the ~] zelfstandig naamwoord
    • orthodox [the ~] zelfstandig naamwoord

strict

  1. strict

Verwante woorden van "strict":


Alternatieve synoniemen voor "strict":


Antoniemen van "strict":


Verwante definities voor "strict":

  1. severe and unremitting in making demands1
    • strict standards1
  2. rigidly accurate; allowing no deviation from a standard1
    • a strict vegetarian1
  3. characterized by strictness, severity, or restraint1
  4. incapable of compromise or flexibility1
  5. (of rules) stringently enforced1