Overzicht
Engels naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. selfishness:
  2. selfish:
  3. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor selfishness (Engels) in het Spaans

selfishness:

selfishness [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the selfishness (egotism; egoism; self interest)
    el egoísmo

Vertaal Matrix voor selfishness:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
egoísmo egoism; egotism; self interest; selfishness egoism; self interest

Verwante woorden van "selfishness":


Synoniemen voor "selfishness":


Antoniemen van "selfishness":


Verwante definities voor "selfishness":

  1. stinginess resulting from a concern for your own welfare and a disregard of others1

Wiktionary: selfishness

selfishness
noun
  1. quality of being selfish

Cross Translation:
FromToVia
selfishness egoísmo Egoismuskein Plural: Haltung, bei der nur der eigene Vorteil zählt

selfishness vorm van selfish:

selfish bijvoeglijk naamwoord

  1. selfish (egoistic; self-interested; self-seeking; egotistical)
    egoísta

Vertaal Matrix voor selfish:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
egoísta egoist
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- self-interested
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
egoísta egoistic; egotistical; self-interested; self-seeking; selfish

Verwante woorden van "selfish":


Synoniemen voor "selfish":


Antoniemen van "selfish":


Verwante definities voor "selfish":

  1. concerned chiefly or only with yourself and your advantage to the exclusion of others1

Wiktionary: selfish

selfish
adjective
  1. holding one's self-interest as the standard for decision making
  2. regard for oneself above others' well-being

Cross Translation:
FromToVia
selfish egoísta; interesado baatzuchtig — inhalig
selfish egoísta egoistisch — (nur) an sich selbst denkend