Overzicht
Engels naar Frans:   Meer gegevens...
  1. winning:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor winnings (Engels) in het Frans

winnings:


Vertaal Matrix voor winnings:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- profits; win

Synoniemen voor "winnings":

  • win; profits; financial gain

Antoniemen van "winnings":

  • losings

Verwante definities voor "winnings":

  1. something won (especially money)1

winning:

winning [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the winning (impoldering; reclamation)
    la conquête de terres; la polderisation; l'assèchement; la mise à sec
  2. the winning (profit; benefit; advantage; )
    le bénéfice; le profit; le gain; l'avantage
    • bénéfice [le ~] zelfstandig naamwoord
    • profit [le ~] zelfstandig naamwoord
    • gain [le ~] zelfstandig naamwoord
    • avantage [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor winning:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
assèchement impoldering; reclamation; winning drainage; draining off
avantage advantage; benefit; earnings; economy; gain; output; profit; return; take; victory; winning; yield benefit; drift; fittableness; gain; intention; meaning; output; plus point; profit; purpose; return; upper hand; use; usefulness; utility; value; yield
bénéfice advantage; benefit; earnings; economy; gain; output; profit; return; take; victory; winning; yield benefit; favor; favour; gain; output; profit; return; use; usefulness; value; yield
conquête de terres impoldering; reclamation; winning land reclamation; reclaimed land
gain advantage; benefit; earnings; economy; gain; output; profit; return; take; victory; winning; yield benefit; gain; output; profit; return; use; usefulness; value; yield
mise à sec impoldering; reclamation; winning ban on liquor; impoldering; prohibition; reclamation
polderisation impoldering; reclamation; winning impoldering; reclamation
profit advantage; benefit; earnings; economy; gain; output; profit; return; take; victory; winning; yield benefit; fittableness; gain; output; profit; return; use; usefulness; utilisation; utility; utilization; value; yield
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- fetching; taking; victorious

Verwante woorden van "winning":

  • winnings, winningly

Synoniemen voor "winning":


Verwante definities voor "winning":

  1. very attractive; capturing interest1
    • a winning personality1
  2. having won1
    • the winning team1
  3. succeeding with great difficulty1
    • winning is not everything1

Wiktionary: winning

winning
adjective
  1. Qui gagne.