Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. affable:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor affable (Engels) in het Nederlands

affable:

affable bijvoeglijk naamwoord

  1. affable (amiable; benign; friendly; taking; bland)
    innemend; minzaam; charmant; genegenheid opwekkend

Vertaal Matrix voor affable:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
charmant affable; amiable; benign; bland; friendly; taking adorable; alluring; amiable; appealing; attractive; charming; congenial; cute; dinky; enchanting; endearing; engaging; entrancing; friendly; likable; lovely; most charming; nice; pretty; sweet; sweetest; winsome
innemend affable; amiable; benign; bland; friendly; taking
minzaam affable; amiable; benign; bland; friendly; taking
- amiable; cordial; genial
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- urbane
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
genegenheid opwekkend affable; amiable; benign; bland; friendly; taking

Verwante woorden van "affable":

  • affabler, affablest

Synoniemen voor "affable":


Verwante definities voor "affable":

  1. diffusing warmth and friendliness1
    • an affable smile1

Wiktionary: affable


Cross Translation:
FromToVia
affable vriendelijk freundlich — im Umgang mit einer anderen Person höflich und zuvorkommend
affable aardig; lief; voorkomend; vriendelijk affable — Personne aimable et bienveillante à qui on peut parler (qui écouter et comprendre).
affable aardig; lief; voorkomend; vriendelijk amèneagréable, attrayant.