Lens: vertaling Engels

Overzicht

Engels naar Nederlands: Meer gegevens...

lens:
- lens; contactlens
Wiktionary:
- lens → [[op de gevoelige plaat vastleggen]], filmen, verfilmen
- lens → kristallens, lens, linze

Nederlands naar Engels: Meer gegevens...

lens:
- lens; contact; contact lens
Wiktionary:
- lens → lens
- lens → empty, vacant, needy, miserable, destitude, impoverished, penniless, void, bare, hollow

Engels

Uitgebreide vertaling voor lens (Engels) in het Nederlands

lens:

lens [the ~] zelfstandig naamwoord

the lens (contact lens; contact)
de lens; de contactlens
- lens [de ~] zelfstandig naamwoord
- contactlens [de ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor lens:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
contactlens	contact; contact lens; lens
lens	contact; contact lens; lens
-	crystalline lens; electron lens; lens of the eye; lens system; lense

Verwante woorden van "lens":

lenses

Synoniemen voor "lens":

lense; lens system; optical device
Lens; genus Lens; rosid dicot genus
channel; communication channel; line
crystalline lens; organ
electron lens; electronic equipment

Verwante definities voor "lens":

a transparent optical device used to converge or diverge transmitted light and to form images¹
electronic equipment that uses a magnetic or electric field in order to focus a beam of electrons¹
biconvex transparent body situated behind the iris in the eye; its role (along with the cornea) is to focuses light on the retina¹
(metaphor) a channel through which something can be seen or understood¹
- the writer is the lens through which history can be seen¹

Wiktionary: lens

lens

verb

to film
- lens → [[op de gevoelige plaat vastleggen]]; filmen; verfilmen

noun

anatomy: transparent crystalline structure in the eye
- lens → kristallens; lens
biology: genus of the legume family; its bean
- lens → linze
geometry: convex shape bounded by two circular arcs
- lens → lens
device which focuses or defocuses electron beams
- lens → lens
object focusing or defocusing the light passing through it
- lens → lens

Lens:

Vertaal Matrix voor Lens:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	genus Lens

Verwante definities voor "Lens":

genus of small erect or climbing herbs with pinnate leaves and small inconspicuous white flowers and small flattened pods: lentils¹

Verwante vertalingen van lens

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor lens (Nederlands) in het Engels

lens:

lens [de ~] zelfstandig naamwoord

de lens (contactlens)
the lens
- lens [the ~] zelfstandig naamwoord
the contact; the contact lens
– a thin curved glass or plastic lens designed to fit over the cornea in order to correct vision or to deliver medication ¹
- contact [the ~] zelfstandig naamwoord
- contact lens [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor lens:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
contact	contactlens; lens	aansluiting; connectie; contact; contactpersoon; link; omgaan met mensen; omgang; onderling verband; relatie; samenhang; schakel; verband; verbinding; voeling
contact lens	contactlens; lens
lens	contactlens; lens

Verwante woorden van "lens":

lenzen

Wiktionary: lens

lens

noun

anatomy: transparent crystalline structure in the eye
- lens → kristallens; lens
geometry: convex shape bounded by two circular arcs
- lens → lens
device which focuses or defocuses electron beams
- lens → lens
object focusing or defocusing the light passing through it
- lens → lens

Cross Translation:

From	To	Via
• lens	→ empty; vacant; needy; miserable; destitude; impoverished; penniless; void; bare; hollow	↔ vide — Qui ne contenir rien ; qui est totalement dépourvoir de.

Engelse en Nederlandse zoekresultaten voor: lens

Uitgebreide vertaling voor lens (Engels) in het Nederlands

lens:

lens [the ~] zelfstandig naamwoord

the lens (contact lens; contact)

Vertaal Matrix voor lens:

Verwante woorden van "lens":

Synoniemen voor "lens":

Verwante definities voor "lens":

Wiktionary: lens

Lens:

Vertaal Matrix voor Lens:

Verwante definities voor "Lens":

Verwante vertalingen van lens

Uitgebreide vertaling voor lens (Nederlands) in het Engels

lens:

lens [de ~] zelfstandig naamwoord

de lens (contactlens)

Vertaal Matrix voor lens:

Verwante woorden van "lens":

Wiktionary: lens