Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. mountain top:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor mountaintop (Engels) in het Nederlands

mountain top:

mountain top [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the mountain top (summit; peak; pinnacle; top)
    de top; de bergtop; de piek
    • top [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • bergtop [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • piek [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. the mountain top (apex; peak; tip; )
    de top; hoogst haalbare
  3. the mountain top (peak; crest)
    bergspits

Vertaal Matrix voor mountain top:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bergspits crest; mountain top; peak
bergtop mountain top; peak; pinnacle; summit; top
hoogst haalbare apex; crest; mountain top; peak; pinnacle; summit; tip; top; vertex
piek mountain top; peak; pinnacle; summit; top Christmas decoration; Dutch florin; apex; climax; culminating point; guilder; peak; pinnacle; spike; summit; top; zenith
top apex; crest; mountain top; peak; pinnacle; summit; tip; top; vertex apex; climax; crest; crown; culminating point; peak; pinnacle; ridge; roof-ridge; spike; summit; summmit; top; zenith
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
top exemplary; first-class; first-rate; perfect; top-class; tops


Wiktionary: mountaintop

mountaintop
noun
  1. the summit of a mountain
mountaintop
noun
  1. de piek van een berg
  2. de top van een berg