Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. basin:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor basin (Engels) in het Nederlands

basin:

basin [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the basin (water-basin; subsidence; socket; bowl)
    het bassin; het waterbekken; het bekken
    • bassin [het ~] zelfstandig naamwoord
    • waterbekken [het ~] zelfstandig naamwoord
    • bekken [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. the basin
    het stroomgebied
  3. the basin
    de vont
    • vont [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor basin:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bassin basin; bowl; socket; subsidence; water-basin
bekken basin; bowl; socket; subsidence; water-basin beaks; coxa; hip joint; mouths; muzzles
stroomgebied basin
vont basin
waterbekken basin; bowl; socket; subsidence; water-basin
- basinful; catchment area; catchment basin; drainage area; drainage basin; lavatory; river basin; washbasin; washbowl; washstand; watershed
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- bowl

Verwante woorden van "basin":

  • basins

Synoniemen voor "basin":

  • vessel
  • basinful; containerful
  • natural depression; depression
  • river basin; geographical area; geographic area; geographical region; geographic region
  • washbasin; washbowl; washstand; lavatory; sink

Verwante definities voor "basin":

  1. a bowl-shaped vessel; usually used for holding food or liquids1
    • she mixed the dough in a large basin1
  2. a bathroom sink that is permanently installed and connected to a water supply and drainpipe; where you can wash your hands and face1
    • he ran some water in the basin and splashed it on his face1
  3. the entire geographical area drained by a river and its tributaries; an area characterized by all runoff being conveyed to the same outlet1
    • flood control in the Missouri basin1
  4. a natural depression in the surface of the land often with a lake at the bottom of it1
    • the basin of the Great Salt Lake1
  5. the quantity that a basin will hold1

Wiktionary: basin

basin
noun
  1. area of water that drains into a river
  2. bowl for washing, often affixed to a wall

Cross Translation:
FromToVia
basin kom; vont bassin — Traductions à trier suivant le sens
basin bekken; kom; vont; bowl; schaal; bassin; stroomgebied; vijver bol — coupe hémisphérique
basin bowl; kom; schaal jatte — Espèce de vase rond, tout d'une pièce et sans rebord, de profondeur intermédiaire entre un grand bol et une écuelle. Généralement en terre cuite, en faïence ou en porcelaine, plus rarement en bois, elle est utilisée dans la confection de plusieurs mets comme les compotes ou les entremets, d

Verwante vertalingen van basin