Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. blotch:


Engels

Uitgebreide vertaling voor blotch (Engels) in het Nederlands

blotch:

blotch [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the blotch (pimple; zit)
    de steenpuist; het puistje; de pukkel; het bultje; het bobbeltje
    • steenpuist [de ~] zelfstandig naamwoord
    • puistje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • pukkel [de ~] zelfstandig naamwoord
    • bultje [het ~] zelfstandig naamwoord
    • bobbeltje [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor blotch:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bobbeltje blotch; pimple; zit
bultje blotch; pimple; zit
puistje blotch; pimple; zit
pukkel blotch; pimple; zit lump; pimple; spot; swelling; swollen spot
steenpuist blotch; pimple; zit boil; bruise; curving; furuncle; lump; rounding; swelling; swollen spot
- splodge; splotch
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- mottle; streak

Verwante woorden van "blotch":


Synoniemen voor "blotch":


Verwante definities voor "blotch":

  1. an irregularly shaped spot1
  2. mark with spots or blotches of different color or shades of color as if stained1