Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. casualty:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor casualty (Engels) in het Nederlands

casualty:

casualty [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the casualty (injured; wounded person; wounded)
    de gewonde
    • gewonde [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. the casualty
    het verkeersslachtoffer

Vertaal Matrix voor casualty:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gewonde casualty; injured; wounded; wounded person
verkeersslachtoffer casualty road victim; traffic casualty
- fatal accident; injured party

Verwante woorden van "casualty":


Synoniemen voor "casualty":


Verwante definities voor "casualty":

  1. a decrease of military personnel or equipment1
  2. an accident that causes someone to die1
  3. someone injured or killed in an accident1
  4. someone injured or killed or captured or missing in a military engagement1

Wiktionary: casualty

casualty
noun
  1. person
casualty
noun
  1. in het bijzonder iemand die om het leven komt ten gevolge van een gebeurtenis

Cross Translation:
FromToVia
casualty dupe; getroffene; slachtoffer victimecréature vivante offrir en sacrifice à la divinité.

Verwante vertalingen van casualty