Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. fat:
  2. Wiktionary:
  3. Gebruikers suggesties voor fat:
    • dikke, vette


Engels

Uitgebreide vertaling voor fat (Engels) in het Nederlands

fat:

fat [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the fat (grease; lard)
    de reuzel; het vet; de olie; de smeer
    • reuzel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • vet [het ~] zelfstandig naamwoord
    • olie [de ~] zelfstandig naamwoord
    • smeer [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. the fat (liposome)
    huidvet; liposoom
    • huidvet [znw.] zelfstandig naamwoord
    • liposoom [znw.] zelfstandig naamwoord
  3. the fat (frying fat; roasting fat)
    braadvet

Vertaal Matrix voor fat:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
braadvet fat; frying fat; roasting fat
huidvet fat; liposome
liposoom fat; liposome
olie fat; grease; lard crude oil; engine oil; kerosene; motor oil; oil; petroleum; suntan oil
reuzel fat; grease; lard lard
smeer fat; grease; lard liniment; ointment; unguent
vet fat; grease; lard
- adipose tissue; avoirdupois; blubber; fatness; fatty tissue
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- fatten; fatten out; fatten up; fill out; flesh out; plump; plump out
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
vet bold; boldface; bulky; fatty; greasy; sizeable
- fatty; fertile; juicy; productive; rich
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- terrifically thick

Verwante woorden van "fat":


Synoniemen voor "fat":


Antoniemen van "fat":


Verwante definities voor "fat":

  1. having an (over)abundance of flesh1
    • he hadn't remembered how fat she was1
  2. containing or composed of fat1
    • fat tissue1
  3. marked by great fruitfulness1
    • a fat land1
  4. lucrative1
    • a nice fat job1
  5. having a relatively large diameter1
    • a fat rope1
  6. excess bodily weight1
  7. a kind of body tissue containing stored fat that serves as a source of energy; it also cushions and insulates vital organs1
  8. a soft greasy substance occurring in organic tissue and consisting of a mixture of lipids (mostly triglycerides)1
    • pizza has too much fat1
  9. make fat or plump1

Wiktionary: fat

fat
verb
  1. to make fat; to fatten
noun
  1. refined substance chemically resembling the oils in animal fat
  2. specialized animal tissue
adjective
  1. thick
  2. bountiful
  3. carrying a larger than normal amount of fat on one's body
fat
adjective
  1. lijkend op een buik, buikvormig
  2. een naar verhouding grote lichaamsomvang hebbend
  3. zwaarlijvig, dik, corpulent
  4. dik, vet inhoudend
noun
  1. gladde, zeer vette vloeistoffen, smeermiddelen
  2. gespecialiseerd dierlijk weefsel

Cross Translation:
FromToVia
fat vet FettChemie: Gruppe organischer chemischer Stoffe, Tri-Ester des dreifachen Alkohols Glycerin (Propan-1,2,3-triol) und verschiedener, überwiegend geradzahliger und unverzweigter aliphatischer Monocarbonsäuren (Fettsäuren)
fat smeer; smeermiddel; smeersel; vet graisse — À trier
fat dik; lijvig gros — Qui a beaucoup de circonférence ou de volume.
fat vet matière grasse — biochimie|fr Substance non soluble dans l’eau et qui tache le papier, rencontrée dans certains aliments, entre autres les huiles, la crème, le beurre et la viande.
fat dik; lijvig épais — Qui a une certaine mesure dans la dimension transversale.

Verwante vertalingen van fat