Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. organise:
  2. Gebruikers suggesties voor organise:
    • organizeren


Engels

Uitgebreide vertaling voor organise (Engels) in het Nederlands

organise:

to organise werkwoord, Brits

  1. to organise (archivate; store; file; document; organize)
    archiveren; opslaan; opbergen; bewaren
    • archiveren werkwoord (archiveer, archiveert, archiveerde, archiveerden, gearchiveerd)
    • opslaan werkwoord (sla op, slaat op, sloeg op, sloegen op, opgeslagen)
    • opbergen werkwoord (berg op, bergt op, borg op, borgen op, opgeborgen)
    • bewaren werkwoord (bewaar, bewaart, bewaarde, bewaarden, bewaard)
  2. to organise (catalogue; organize; order)
    organiseren; ordenen; catalogiseren
    • organiseren werkwoord (organiseer, organiseert, organiseerde, organiseerden, georganiseerd)
    • ordenen werkwoord (orden, ordent, ordende, ordenden, geordend)
    • catalogiseren werkwoord (catalogiseer, catalogiseert, catalogiseerde, catalogiseerden, gecatalogiseerd)
  3. to organise (coordinate; organize; arrange)
    coördineren
    • coördineren werkwoord (coördineer, coördineert, coördineerde, coördineerden, gecoördineerd)
  4. to organise (home decorating; arrange; organize)

Vertaal Matrix voor organise:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bewaren saving; storing
ordenen arrangement; ordening
organiseren organizing
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
archiveren archivate; document; file; organise; organize; store archive
bewaren archivate; document; file; organise; organize; store conserve; guard from; keep; lay aside; lay up; preserve; put away; put up; save; secure; shield; stock; store
catalogiseren catalogue; order; organise; organize
coördineren arrange; coordinate; organise; organize
huis inrichten arrange; home decorating; organise; organize
opbergen archivate; document; file; organise; organize; store lock up; put away; store; stow away
opslaan archivate; document; file; organise; organize; store lay up; put up; record; remember; save; secure; stock; store
ordenen catalogue; order; organise; organize arrange; assort; classify; group; list all the points; select; shunt; sift; sort out
organiseren catalogue; order; organise; organize
- coordinate; devise; direct; engineer; form; get up; machinate; mastermind; orchestrate; organize; prepare; unionise; unionize
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- arrange; dish up; organize; put down; put up; shorten

Synoniemen voor "organise":


Antoniemen van "organise":


Verwante definities voor "organise":

  1. bring order and organization to1
  2. plan and direct (a complex undertaking)1
  3. arrange by systematic planning and united effort1
  4. cause to be structured or ordered or operating according to some principle or idea1
  5. form or join a union1
  6. create (as an entity)1