Home ->Woordenboeken ->Engels/Nederlands ->Vertaal passport

Vertaal passport van Engels naar Nederlands

Overzicht

Engels naar Nederlands: Meer gegevens...

passport:
- paspoort; identiteitsbewijs; pas; reispas
Wiktionary:
- passport → paspoort
- passport → pas, paspoort
Gebruikers suggesties voor passport:
- pasport

Engels

Uitgebreide vertaling voor passport (Engels) in het Nederlands

passport:

passport [the ~] zelfstandig naamwoord

the passport
het paspoort; het identiteitsbewijs; de pas
- paspoort [het ~] zelfstandig naamwoord
- identiteitsbewijs [het ~] zelfstandig naamwoord
- pas [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
the passport
de reispas
- reispas [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
the passport
het paspoort
- paspoort [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor passport:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
identiteitsbewijs	passport	I.D.; ID; identification; identification card; identity document
pas	passport	cash card; mountain pass; pass; pass-port; permit; step; stride
paspoort	passport	pass; pass-port; permit
reispas	passport
-	pass; recommendation
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
pas		even; just; lately; one minute ago; only; recently; the other day

Verwante woorden van "passport":

passports

Synoniemen voor "passport":

pass; permission
legal document; legal instrument; official document; instrument
recommendation; characteristic

Verwante definities voor "passport":

any quality or characteristic that gains a person a favorable reception or acceptance or admission¹
- his wealth was not a passport into the exclusive circles of society¹
a document issued by a country to a citizen allowing that person to travel abroad and re-enter the home country¹
any authorization to pass or go somewhere¹

Wiktionary: passport

passport

noun

official document
- passport → paspoort

passport

noun

officieel document dat de houder identificeren als burger van een bepaald land, en vraagt toestemming in de naam van de regering van het uitgevende land om de houder in het land toelaten
- paspoort → passport

Cross Translation:

From	To	Via
• passport	→ pas; paspoort	↔ passeport — administration\|fr pièce d’identité délivrer par l’État, permettre aux nationaux d’un pays soit de circuler librement à l'intérieur, soit de voyager dans un autre pays.

Verwante vertalingen van passport

passport photograph

¹WordNet 3.0 Copyright 2006 by Princeton University