Home ->Woordenboeken ->Engels/Nederlands ->Vertaal ranting

Vertaal ranting van Engels naar Nederlands

Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. ranting:
  2. rant:
  3. Wiktionary:

Engels

Uitgebreide vertaling voor ranting (Engels) in het Nederlands

ranting:

ranting [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the ranting (empty rhetoric; bombast)
    de declamatie; holle hoogdravendheid

Vertaal Matrix voor ranting:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
declamatie bombast; empty rhetoric; ranting declamation; delivery
holle hoogdravendheid bombast; empty rhetoric; ranting
- harangue; rant

Verwante woorden van "ranting":


Synoniemen voor "ranting":


Verwante definities voor "ranting":

  1. a loud bombastic declamation expressed with strong emotion1

rant:

to rant werkwoord (rants, ranted, ranting)

  1. to rant (bawl; shout; scream; )
    schreeuwen; brullen; bulderen; daveren; blaffen
    • schreeuwen werkwoord (schreeuw, schreeuwt, schreeuwde, schreeuwden, geschreeuwd)
    • brullen werkwoord (brul, brult, brulde, brulden, gebruld)
    • bulderen werkwoord (bulder, buldert, bulderde, bulderden, gebulderd)
    • daveren werkwoord (daver, davert, daverde, daverden, gedaverd)
    • blaffen werkwoord (blaf, blaft, blafte, blaften, geblaft)
  2. to rant (rant & rage; rage; scream; )
    razen; tekeergaan; tieren; fulmineren
    • razen werkwoord (raas, raast, raasde, raasden, geraasd)
    • tekeergaan werkwoord (ga tekeer, gaat tekeer, ging tekeer, gingen tekeer, tekeergegaan)
    • tieren werkwoord (tier, tiert, tierde, tierden, getierd)
    • fulmineren werkwoord (fulmineer, fulmineert, fulmineerde, fulmineerden, gefulmineerd)
  3. to rant (rage; storm; rave; )
    fulmineren; razen; tekeergaan; tieren; te keer gaan
    • fulmineren werkwoord (fulmineer, fulmineert, fulmineerde, fulmineerden, gefulmineerd)
    • razen werkwoord (raas, raast, raasde, raasden, geraasd)
    • tekeergaan werkwoord (ga tekeer, gaat tekeer, ging tekeer, gingen tekeer, tekeergegaan)
    • tieren werkwoord (tier, tiert, tierde, tierden, getierd)
    • te keer gaan werkwoord (ga te keer, gaat te keer, ging te keer, gingen te keer, te keer gegaan)
  4. to rant (blare; clatter)
    tetteren; luidkeels iets verkondigen; schetteren
  5. to rant (talk smut; rage; yell; )
    fulmineren; vuilbekken
    • fulmineren werkwoord (fulmineer, fulmineert, fulmineerde, fulmineerden, gefulmineerd)
    • vuilbekken werkwoord

Conjugations for rant:

present
  1. rant
  2. rant
  3. rants
  4. rant
  5. rant
  6. rant
simple past
  1. ranted
  2. ranted
  3. ranted
  4. ranted
  5. ranted
  6. ranted
present perfect
  1. have ranted
  2. have ranted
  3. has ranted
  4. have ranted
  5. have ranted
  6. have ranted
past continuous
  1. was ranting
  2. were ranting
  3. was ranting
  4. were ranting
  5. were ranting
  6. were ranting
future
  1. shall rant
  2. will rant
  3. will rant
  4. shall rant
  5. will rant
  6. will rant
continuous present
  1. am ranting
  2. are ranting
  3. is ranting
  4. are ranting
  5. are ranting
  6. are ranting
subjunctive
  1. be ranted
  2. be ranted
  3. be ranted
  4. be ranted
  5. be ranted
  6. be ranted
diverse
  1. rant!
  2. let's rant!
  5. ranted
  6. ranting
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor rant:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
daveren booming
schreeuwen cries; screams; shouts; yelling
- blah; bombast; claptrap; fustian; harangue; ranting
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
blaffen bark; bawl; bellow; boom; cry; cry out; rage; rant; roar; scream; shout; shriek; yell bark; bellow; roar; scream; shout; shriek; squeal; yell
brullen bark; bawl; bellow; boom; cry; cry out; rage; rant; roar; scream; shout; shriek; yell bellow; cry; cry out; howl; let on; roar; scream; shout; shriek; squeal; tell tales; whine; yell
bulderen bark; bawl; bellow; boom; cry; cry out; rage; rant; roar; scream; shout; shriek; yell bellow; roar; scream; shout; shriek; yell
daveren bark; bawl; bellow; boom; cry; cry out; rage; rant; roar; scream; shout; shriek; yell rattle; rumble; thunder
fulmineren bawl; be furious; let someone have it; rage; rant; rant & rage; rave; scream; storm; talk smut; thunder; use obscene language; yell
luidkeels iets verkondigen blare; clatter; rant
razen bawl; be furious; let someone have it; rage; rant; rant & rage; rave; scream; storm; thunder; yell rage; storm; thunder
schetteren blare; clatter; rant
schreeuwen bark; bawl; bellow; boom; cry; cry out; rage; rant; roar; scream; shout; shriek; yell bellow; cry; roar; scream; screech; shout; shriek; squawk; yell
te keer gaan bawl; be furious; rage; rant; rave; scream; storm; thunder; yell
tekeergaan bawl; be furious; let someone have it; rage; rant; rant & rage; rave; scream; storm; thunder; yell go off the deep end; rage; rave; storm; thunder; to be furious
tetteren blare; clatter; rant
tieren bawl; be furious; let someone have it; rage; rant; rant & rage; rave; scream; storm; thunder; yell grow; prosper; thrive
vuilbekken bawl; let someone have it; rage; rant; talk smut; use obscene language; yell
- jabber; mouth off; rabbit on; rave; spout

Verwante woorden van "rant":


Synoniemen voor "rant":


Verwante definities voor "rant":

  1. pompous or pretentious talk or writing1
  2. a loud bombastic declamation expressed with strong emotion1
  3. talk in a noisy, excited, or declamatory manner1

Wiktionary: rant

rant
noun
  1. criticism
  2. incoherent and emotional articulation







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0372 seconde
Page rendered in 1.0 seconds