Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. residency:


Engels

Uitgebreide vertaling voor residency (Engels) in het Nederlands

residency:

residency [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the residency
    residentswoning

Vertaal Matrix voor residency:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
residentswoning residency
- abidance; residence

Verwante woorden van "residency":

  • residencies

Synoniemen voor "residency":


Verwante definities voor "residency":

  1. the position of physician who is receiving special training in a hospital (usually after completing an internship)1
  2. the act of dwelling in a place1