Overzicht


Engels

Uitgebreide vertaling voor sober (Engels) in het Nederlands

sober:

sober bijvoeglijk naamwoord

  1. sober (austere; scanty; frugal)
    eenvoudig; sober; matig
  2. sober
    nuchter; niet beschonken
  3. sober (grave; demure; sedate)
    ingetogen; stemmig
  4. sober (unpretentious; modest; austere; simple)
    sobertjes; schraaltjes; schraal; magertjes; dunnetjes

Vertaal Matrix voor sober:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- sober up
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
eenvoudig austere; frugal; scanty; sober common; easily; easy; effortless; humble; modest; not difficult; not hard; of simple origin; ordinarily; ordinary; plain; simple; unaffected; uncomplicated
ingetogen demure; grave; sedate; sober aloof; considerate; discreet; modest; reserved; reticent
matig austere; frugal; scanty; sober average; feeble; mediocre; middling; not bad; not very good; poor; so-so
nuchter sober businesslike; cool
schraal austere; modest; simple; sober; unpretentious barren; flimsy; lean; meager; meagre; miserable; parched; poor; puny; shabby; skinny; thin; unfruitful
sober austere; frugal; scanty; sober
stemmig demure; grave; sedate; sober grave; sedate
- drab; grave; sedate; serious; solemn; somber; sombre; unplayful
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dunnetjes austere; modest; simple; sober; unpretentious
magertjes austere; modest; simple; sober; unpretentious
schraaltjes austere; modest; simple; sober; unpretentious
sobertjes austere; modest; simple; sober; unpretentious
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
niet beschonken sober

Verwante woorden van "sober":

  • soberness, soberer, soberest, soberly

Synoniemen voor "sober":


Antoniemen van "sober":


Verwante definities voor "sober":

  1. lacking brightness or color; dull1
    • sober Puritan grey1
  2. not affected by a chemical substance (especially alcohol)1
  3. dignified and somber in manner or character and committed to keeping promises1
    • as sober as a judge1
  4. completely lacking in playfulness1
  5. become sober after excessive alcohol consumption1
    • Keep him in bed until he sobers up1
  6. become more realistic1
    • After thinking about the potential consequences of his plan, he sobered up1
  7. cause to become sober1
    • A sobering thought1

Wiktionary: sober

sober
adjective
  1. not drunk
  2. not given to excessive drinking of alcohol
sober
adjective
  1. niet onder de invloed van iets bedwelmends, vooral alcohol
  2. zonder franje of vrolijkheid, gematigd

Verwante vertalingen van sober