Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. vitality:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor vitality (Engels) in het Nederlands

vitality:

vitality [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the vitality (vital strength; vital force; growing-power)
    de groeikracht; de levensvatbaarheid
  2. the vitality
    de vitaliteit; de levenskracht

Vertaal Matrix voor vitality:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
groeikracht growing-power; vital force; vital strength; vitality
levenskracht vitality
levensvatbaarheid growing-power; vital force; vital strength; vitality
vitaliteit vitality
- animation; elan vital; energy; life force; verve; vim; vital force

Synoniemen voor "vitality":


Verwante definities voor "vitality":

  1. an energetic style1
  2. the property of being able to survive and grow1
    • the vitality of a seed1
  3. (biology) a hypothetical force (not physical or chemical) once thought by Henri Bergson to cause the evolution and development of organisms1
  4. a healthy capacity for vigorous activity1

Wiktionary: vitality

vitality
noun
  1. het vitaal zijn, de energie om te leven, levenskracht