Crisis in het Zweeds vertaald uit het Engels

Overzicht

Engels naar Zweeds: Meer gegevens...

Engels

Uitgebreide vertaling voor crisis (Engels) in het Zweeds

the crisis (emergency situation; state of emergency)
kris; nödsituation
- kris [-en] zelfstandig naamwoord
- nödsituation [-en] zelfstandig naamwoord
the crisis (emergency situation; state of emergency)
nödsituation; nödläge
- nödsituation [-en] zelfstandig naamwoord
- nödläge [-ett] zelfstandig naamwoord
the crisis (turning-point; turn; change; state of emergency; emergency situation)
förändring; kris; vändpunkt
- förändring [-en] zelfstandig naamwoord
- kris [-en] zelfstandig naamwoord
- vändpunkt [-en] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
förändring	change; crisis; emergency situation; state of emergency; turn; turning-point	alteration; altering; amendment; bending; change; change of form; changing; conversion; flux; modification; mutation; reformation; remodelling; transformation; transposition; turn
kris	change; crisis; emergency situation; state of emergency; turn; turning-point
nödläge	crisis; emergency situation; state of emergency	emergency; emergency caste; state of emergency; urgent matter
nödsituation	crisis; emergency situation; state of emergency
vändpunkt	change; crisis; emergency situation; state of emergency; turn; turning-point	turning point

a crucial stage or turning point in the course of something¹
- after the crisis the patient either dies or gets better¹
an unstable situation of extreme danger or difficulty¹
- they went bankrupt during the economic crisis¹

crisis

noun

-
- crisis → kris
traumatic or stressful change in a person's life
- crisis → livskris; kris
unstable situation in political, social, economic or military affairs
- crisis → kris

Cross Translation:

From	To	Via
• crisis	→ kris	↔ Krise — instabiler Zustand
• crisis	→ psykisk kris	↔ crisis — een zware noodsituatie waarbij het functioneren van een stelsel ernstig verstoord raakt
• crisis	→ kris	↔ crise — médecine\|fr changement en bien ou en mal qui survient dans le cours d'une maladie et s'annonce par quelques phénomènes particuliers, comme une excrétion abondante, une hémorragie considérable, des sueurs, un dépôt dans les urines, etc.