Spaans

Uitgebreide vertaling voor zapatera (Spaans) in het Duits

zapatera vorm van zapatero:

zapatero [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el zapatero
    der Schuhmacher; der Schuster

Vertaal Matrix voor zapatero:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Schuhmacher zapatero zapateros
Schuster zapatero mamarracho; mequetrefe; persona torpe; zapateros

Verwante woorden van "zapatero":


Wiktionary: zapatero

zapatero
noun
  1. Handwerker, der Schuhe herstellt oder repariert
  2. Berufsbezeichnung: jemand, der Schuhe herstellt und repariert

Cross Translation:
FromToVia
zapatero Schuster; Flickschusterin; Flickschuster; Schusterin; Schuhflickerin; Schuhflicker cobbler — person who repairs shoes
zapatero Schuhmacher; Schuhmacherin; Schuster; Schusterin shoemaker — a person who makes shoes
zapatero Wasserläufer water strider — any of a number of predatory insects in the family Gerridae
zapatero Schuster schoenmaker — beroep|nld iemand die als vak schoenen repareert
zapatero Wasserläufer araignée d’eau — zoologie|nocat=1 Nom vernaculaire de plusieurs insectes de l’ordre des Hémiptères, famille des Gerridés, capables de se déplacer à la surface de l’eau, les pattes antérieures ne servant qu’à la prédation.
zapatero Schuhmacher; Schuster cordonnierpersonne qui fabriquer et vendre des chaussures.
zapatero Schuhmacher; Schuster savetier — Celui dont le métier est de réparer les souliers

zapatería:

zapatería [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la zapatería (tienda de calzado)
    Schuhgeschäft; der Schuhladen

Vertaal Matrix voor zapatería:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Schuhgeschäft tienda de calzado; zapatería
Schuhladen tienda de calzado; zapatería


Wiktionary: zapatera


Cross Translation:
FromToVia
zapatera Schuster; Flickschusterin; Flickschuster; Schusterin; Schuhflickerin; Schuhflicker cobbler — person who repairs shoes
zapatera Schuhmacher; Schuhmacherin; Schuster; Schusterin shoemaker — a person who makes shoes