Sabor in het Duits vertaald uit het Spaans

Spaans

Uitgebreide vertaling voor sabor (Spaans) in het Duits

el sabor (gusto; preferencia)
der Geschmack; die Geschmackempfindung
- Geschmack [der ~] zelfstandig naamwoord
- Geschmackempfindung [die ~] zelfstandig naamwoord
el sabor (condimento; substancia aromática degustativa)
die Kräuter; die Würze
- Kräuter [die ~] zelfstandig naamwoord
- Würze [die ~] zelfstandig naamwoord
el sabor (alma; espíritu; carácter; entrañas; ardor; calidad)
die Seele
- Seele [die ~] zelfstandig naamwoord
el sabor (substancia aromática degustativa)
der Geschmacksstoff
- Geschmacksstoff [der ~] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Geschmack	gusto; preferencia; sabor	aroma; buqué; fragancia; olor; perfume; saborcillo; saborete; tufillo
Geschmackempfindung	gusto; preferencia; sabor
Geschmacksstoff	sabor; substancia aromática degustativa	aromatizante
Kräuter	condimento; sabor; substancia aromática degustativa
Seele	alma; ardor; calidad; carácter; entrañas; espíritu; sabor	alma; animosidad; ardor; busto; calidad; capacidad laboral; carácter; constitución; empuje; energía; entusiasmo; espíritu; fervor; fuerza; ganas de trabajar; interés; naturaleza; temperamento; ánimo; índole
Würze	condimento; sabor; substancia aromática degustativa	adobo; condimento; especia; especias

sabor

noun

grobe Vergleichseinordnung eines Geschmacks zu einem anderen bekannten Geschmack
- Geschmacksrichtung → sabor
Empfindung von Mensch und höheren Tieren bei der Nahrungsaufnahme über den Mund beziehungsweise das Maul
- Geschmack → sabor

Cross Translation:

From	To	Via
• sabor	→ Geschmack	↔ flavour — the quality produced by the sensation of taste
• sabor	→ Geschmack; Würze	↔ saveur — qualité qui est l’objet du goût, impression produite sur les organes du goût et de l’olfaction.