Spaans

Uitgebreide synoniemen voor prórroga in het Spaans

prórroga:

prórroga [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la prórroga
    el retraso; la demora; la tardanza; la prórroga
    • retraso [el ~] zelfstandig naamwoord
    • demora [la ~] zelfstandig naamwoord
    • tardanza [la ~] zelfstandig naamwoord
    • prórroga [la ~] zelfstandig naamwoord
  2. la prórroga
    la innovación; la remodelación; la prórroga; la prolongación; la reforma; el renovación
  3. la prórroga
    la prórroga; la prolongación

Verwante woorden van "prórroga":

  • prórrogas

Alternatieve synoniemen voor "prórroga":