Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. castellano:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor castellano (Spaans) in het Nederlands

castellano:

castellano [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el castellano (señor del castillo)
    de burchtheer; de kasteelheer; de slotheer
  2. el castellano (señor del castillo)
    burchtvoogd

Vertaal Matrix voor castellano:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
burchtheer castellano; señor del castillo
burchtvoogd castellano; señor del castillo
kasteelheer castellano; señor del castillo
slotheer castellano; señor del castillo

Verwante woorden van "castellano":

  • castellanos, castellana, castellanas

Synoniemen voor "castellano":


Wiktionary: castellano


Cross Translation:
FromToVia
castellano Castiliaans; Spaans Castilian — Language
castellano Spaans Spanish — Romance language of Spain and the Americas
castellano landheer; heer lord — master of a household
castellano Spaans Spanischromanische Sprache, die in Spanien und großen Teilen Nordamerika, Südamerika und Mittelamerikas gesprochen wird
castellano Spaans spanischnicht steigerbar: zur Sprache Spanisch gehörig
castellano Spaans; Spaanse taal espagnol — linguistique|nocat=1 Une des langues officielles de l’Espagne et de nombreux pays du continent américain.