Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. faena:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor faena (Spaans) in het Nederlands

faena:

faena [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la faena (obra; ocupación; quehacer; )
    de hobby; de bezigheid
    • hobby [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • bezigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  2. la faena
    de krachttoer
  3. la faena (turno de faena; vasallaje)
    het corvee; corveedienst

Vertaal Matrix voor faena:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bezigheid empleo; faena; función; memoria; misión; obra; ocupación; quehacer; tarea; trabajo; trabajo escrito actividad; cargo; empleo; obra; trabajo
corvee faena; turno de faena; vasallaje
corveedienst faena; turno de faena; vasallaje
hobby empleo; faena; función; memoria; misión; obra; ocupación; quehacer; tarea; trabajo; trabajo escrito
krachttoer faena hazaña; proeza; todo un logro

Synoniemen voor "faena":


Wiktionary: faena

faena
noun
  1. een klus of hoeveelheid werk die gedaan moet worden
  2. een te verrichten werk

Cross Translation:
FromToVia
faena slacht slaughter — killing of animals (also kosher and halal rituals)

Verwante vertalingen van faena