Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. prima:
  2. Wiktionary:
  3. Gebruikers suggesties voor prima:
    • nichtje
Nederlands naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. prima:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor prima (Spaans) in het Nederlands

prima:

prima [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la prima (bonificación; suplemento; premio; )
    het tantième; de toeslag; de premie; de bonus; het extraatje
    • tantième [het ~] zelfstandig naamwoord
    • toeslag [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • premie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • bonus [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • extraatje [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. la prima (bonus; premio; cuota; recompensa)
    extra beloning; de premie
  3. la prima (prima de seguro; participación en los beneficios; cuota; )
    de verzekeringspremie; de premie
  4. la prima (pago adicional; aumento; subida; )
    de bijbetaling
  5. la prima (compensación; indemnización; subvención; )
    de compensatie; de tegemoetkoming

Vertaal Matrix voor prima:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bijbetaling almacenaje; almacenamiento; aumento; pago adicional; prima; subida; suplemento
bonus bonificación; dividendo; gratificación; paga extraordinaria; plus; premio; prima; subsidio; suplemento
compensatie abono; asignación; compensación; concesión; dotación; indemnización; prima; resarcimiento; sobrepaga; subvención compensación
extra beloning bonus; cuota; premio; prima; recompensa
extraatje bonificación; dividendo; gratificación; paga extraordinaria; plus; premio; prima; subsidio; suplemento
premie bonificación; bonus; cuota; dividendo; gratificación; paga extraordinaria; participación en los beneficios; plus; premio; prima; prima de seguro; recompensa; repetición; subsidio; suplemento
tantième bonificación; dividendo; gratificación; paga extraordinaria; plus; premio; prima; subsidio; suplemento bonificación; dividendo; gratificación; participación en los beneficios; premio
tegemoetkoming abono; asignación; compensación; concesión; dotación; indemnización; prima; resarcimiento; sobrepaga; subvención asignación; compensación; concesión; subvención
toeslag bonificación; dividendo; gratificación; paga extraordinaria; plus; premio; prima; subsidio; suplemento gasto; sobretasa
verzekeringspremie cuota; gratificación; participación en los beneficios; premio; prima; prima de seguro; repetición prima de seguro

Wiktionary: prima

prima
noun
  1. een dochter van iemands oom of tante

Cross Translation:
FromToVia
prima volle nicht; volle neef; nicht; neef; kozijn cousin — nephew or niece of a parent
prima aanbetaling down payment — payment representing a fraction of the price

Verwante vertalingen van prima



Nederlands

Uitgebreide vertaling voor prima (Nederlands) in het Spaans

prima:

prima bijvoeglijk naamwoord

  1. prima (van goede kwaliteit; hoogwaardig; perfect)
    perfecto; sobresaliente; de primera; de gran calidad; de alta calidad
  2. prima (kiplekker; mieters)
    estupendo; perfectamente bien; excelente

Vertaal Matrix voor prima:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
de alta calidad hoogwaardig; perfect; prima; van goede kwaliteit
de gran calidad hoogwaardig; perfect; prima; van goede kwaliteit
de primera hoogwaardig; perfect; prima; van goede kwaliteit eersteklas; eersterangs; fantastisch; geweldig; grandioos; groots; heerlijk; kostelijk; magnifiek; schitterend; top; tot de beste klasse behorend; uitnemend; uitstekend; voortreffelijk
estupendo kiplekker; mieters; prima fabelachtig; fantastisch; fenomenaal; formidabel; gaaf; geweldig; grandioos; groots; heerlijk; jofel; kostelijk; krankzinnig; magnifiek; mieters; onaangetast; opperbest; prachtig; puik; puntgaaf; reuze; schitterend; te gek; tof; uitnemend; uitstekend; verrukkelijk; voortreffelijk; waanzinnig; wijs; zalig
excelente kiplekker; mieters; prima aanlokkelijk; aanzienlijk; best; betoverend; briljant; eersteklas; eersterangs; excellent; fantastisch; fenomenaal; formidabel; geducht; geweldig; goddelijk; grandioos; groots; heerlijk; hemels; in hoge mate; klasse; kostelijk; lekker; luisterrijk; magnifiek; mieters; opperbest; paradijselijk; prachtig; puik; royaal; schitterend; smakelijk; subliem; superbe; te goed; top; tot de beste klasse behorend; uitgelezen; uitgezocht; uitmuntend; uitnemend; uitstek; uitstekend; verlokkend; verrukkelijk; voortreffelijk; vorstelijk; zalig
perfectamente bien kiplekker; mieters; prima
perfecto hoogwaardig; perfect; prima; van goede kwaliteit af; afgedaan; afgelopen; feilloos; foutloos; gaaf; gelikt; gereed; geëindigd; heel; ideaal; intact; klaar; maagdelijk; mieters; onaangeraakt; onaangetast; ongerept; over; patent; perfect; perfekt; picobello; piekfijn; puntgaaf; puur; schitterend; tiptop; tof; uit; uitmuntend; uitstekend; virginaal; volmaakt; voltooid; voorbij; voortreffelijk; zuiver
sobresaliente hoogwaardig; perfect; prima; van goede kwaliteit boven uit torend; bovenuit stekend; briljante; naar voren staand; te goed; uitspringend; uitstek; vooruitspringend; vooruitstekend

Wiktionary: prima


Cross Translation:
FromToVia
prima primo; primoroso; excelente prime — first in excellence, quality, or value