Spaans

Uitgebreide vertaling voor algo (Spaans) in het Nederlands

algo:

algo bijvoeglijk naamwoord

  1. algo (cierta; algún; unos; )
    sommige; enkele; enige; een paar; wat
    • sommige bijvoeglijk naamwoord
    • enkele bijvoeglijk naamwoord
    • enige bijvoeglijk naamwoord
    • een paar bijvoeglijk naamwoord
    • wat bijvoeglijk naamwoord
  2. algo (un poco)
    shit
    • shit bijvoeglijk naamwoord
  3. algo

algo

  1. algo (un poco)
    wat; enig; 'n beetje

Vertaal Matrix voor algo:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
wat algodón; bolita de algodón; guata
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
enig algo; un poco adorable; encantador; especial; excepcional; exclusivamente; extraordinario; gracioso; mono; peculiar; precioso; sin parecido; solamente; único; único en su especie
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lichtelijk algo
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
'n beetje algo; un poco
sommige algunas; algunos; unas; unos
wat algo; un poco algo de; alguna cosa; algún; cierta; cierto
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
een paar algo; algo de; alguna cosa; algún; cierta; poco; un par de; un poco; unos
enige algo; algo de; alguna cosa; algún; cierta; poco; un par de; un poco; unos
enkele algo; algo de; alguna cosa; algún; cierta; poco; un par de; un poco; unos
shit algo; un poco
sommige algo; algo de; alguna cosa; algún; cierta; poco; un par de; un poco; unos
wat algo; algo de; alguna cosa; algún; cierta; poco; un par de; un poco; unos cuánto; por mucho que; por más que

Verwante woorden van "algo":


Synoniemen voor "algo":


Wiktionary: algo

algo
adverb
  1. een zekere zaak
  2. in bescheiden mate

Cross Translation:
FromToVia
algo enig any — at all
algo nogal rather — somewhat, fairly
algo wat some — indefinite amount, part
algo iets something — unspecified object
algo ietwat; een beetje; enigszins somewhat — limited extent
algo transporteren transportieren — (transitiv) (unter Zuhilfenahme eines Transportmittels) etwas oder jemanden von einem Ort an einen anderen bringen/schaffen
algo aansprakelijk; zijn; voor; verantwoordelijk verantwortlich zeichnenAmtssprache, verantwortlich zeichnen für etwas: die übertragene Verantwortung ausübend seine Unterschrift unter etwas setzen
algo overweg komen; met verstehen — (reflexiv) ohne Streitigkeiten mit jemandem auskommen, eine gute persönliche Beziehung zu jemandem haben
algo wat wasKurzform für etwas (häufig, meist umgangssprachlich verwendet)
algo iets quelque chose — Pronom indéfini

Verwante vertalingen van algo