Cubierto in het Nederlands vertaald uit het Spaans

Spaans

Uitgebreide vertaling voor cubierto (Spaans) in het Nederlands

el cubierto (sobre)
de envelop
- envelop [de ~] zelfstandig naamwoord
el cubierto (sobre)
de briefomslag
- briefomslag [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
el cubierto
het couvert; maaltijdgang
- couvert [het ~] zelfstandig naamwoord
- maaltijdgang [znw.] zelfstandig naamwoord

cubierto
overdekt
- overdekt bijvoeglijk naamwoord
cubierto (tapado)
afgedekt; bedekt
- afgedekt bijvoeglijk naamwoord
- bedekt bijvoeglijk naamwoord
cubierto (velado; opaco; opaca; encubierto)
omfloerst
- omfloerst bijvoeglijk naamwoord
cubierto (asegurado)
gecovered; gedekt; gezekerd
- gecovered bijvoeglijk naamwoord
- gedekt bijvoeglijk naamwoord
- gezekerd bijvoeglijk naamwoord
cubierto (tapizado; decorado; revestido)
gestoffeerd; bekleed
- gestoffeerd bijvoeglijk naamwoord
- bekleed bijvoeglijk naamwoord
cubierto (protegido)
ingedekt
- ingedekt bijvoeglijk naamwoord
cubierto (encapotado; velado)
bedekt; overkapt
- bedekt bijvoeglijk naamwoord
- overkapt bijvoeglijk naamwoord
cubierto (velado; tapado; opaco; opaca; encubierto)
gesluierd
- gesluierd bijvoeglijk naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
briefomslag	cubierto; sobre
couvert	cubierto	cubiertos; sobre; utensilios de mesa
envelop	cubierto; sobre	sobre
maaltijdgang	cubierto
Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
bedekt	cubierto; encapotado; tapado; velado	a escondidas; a hurtadillas; callandito; clandestino; de reojo; disfrazado; disimulado; enmascarado; furtivo; ocultado; ocultamente; secreto; simulado; subrepticio; velado
gedekt	asegurado; cubierto
gesluierd	cubierto; encubierto; opaca; opaco; tapado; velado
gestoffeerd	cubierto; decorado; revestido; tapizado
omfloerst	cubierto; encubierto; opaca; opaco; velado
overdekt	cubierto
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
afgedekt	cubierto; tapado
bekleed	cubierto; decorado; revestido; tapizado
gecovered	asegurado; cubierto
gezekerd	asegurado; cubierto
ingedekt	cubierto; protegido
overkapt	cubierto; encapotado; velado

cubierto

noun

gerei waarmee het eten aan tafel behandeld wordt
- bestek → cubierto; cubertería
eetgerei
- couvert → cubierto
voorwerpen die men aan tafel gebruikt.
- tafelgerei → cubierto

adjective

Cross Translation:

From	To	Via
• cubierto	→ kleden	↔ clad — to clothe
• cubierto	→ bestek; couvert; eetgerei; tafelgerei	↔ couvert — La nappe avec les serviettes, les couteaux, les cuillers, etc. (Sens général).
• cubierto	→ naargeestig; troosteloos; droefgeestig; melancholiek; weemoedig; zwaarmoedig; betrokken; bewolkt; donker; duister; mistroostig; somber; triestig	↔ sombre — Qui est peu éclairer ; qui recevoir peu de lumière ; qui est obscur.