Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. desvinculación:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor desvinculación (Spaans) in het Nederlands

desvinculación:

desvinculación [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la desvinculación (desenganchar; separación)
    afkoppelen

Vertaal Matrix voor desvinculación:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afkoppelen desenganchar; desvinculación; separación
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afkoppelen desabrochar; desacoplar; desanudar; desatar; descolgar; desconectar; descoser; desenganchar; deshacer; despertar; desvincular; mullir; relajar; retirarse; separar

Synoniemen voor "desvinculación":