Spaans

Uitgebreide vertaling voor espectáculos (Spaans) in het Nederlands

espectáculos:

espectáculos

  1. espectáculos

Vertaal Matrix voor espectáculos:

OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
dramatische kunst espectáculos

espectáculo:

espectáculo [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el espectáculo
    de opvoering; de voorstelling; de vertoning; de staatsie; de show; de parade
    • opvoering [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • voorstelling [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • vertoning [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • staatsie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • show [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • parade [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  2. el espectáculo
    het spektakel; het schouwspel
  3. el espectáculo (obra de teatro; tragedia)
    het toneelstuk; het stuk; het schouwspel; het drama
    • toneelstuk [het ~] zelfstandig naamwoord
    • stuk [het ~] zelfstandig naamwoord
    • schouwspel [het ~] zelfstandig naamwoord
    • drama [het ~] zelfstandig naamwoord
  4. el espectáculo (mirada; panorama; vistazo; )
    het uitzicht; het prospect; de zicht; het gezicht; de kijk; vue; het panorama; het vergezicht
    • uitzicht [het ~] zelfstandig naamwoord
    • prospect [het ~] zelfstandig naamwoord
    • zicht [de ~] zelfstandig naamwoord
    • gezicht [het ~] zelfstandig naamwoord
    • kijk [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • vue [znw.] zelfstandig naamwoord
    • panorama [het ~] zelfstandig naamwoord
    • vergezicht [het ~] zelfstandig naamwoord
  5. el espectáculo (demostración; esplendor; representación; pompa; exhibición)
    uiterlijk vertoon
  6. el espectáculo (teatro; escena; podio; )
    het schouwtoneel
  7. el espectáculo (espectáculo dramático; obra de teatro; drama espectacular; pieza de grand espectáculo; pieza espectáculo)
    het spektakelstuk; het schouwspel

Vertaal Matrix voor espectáculo:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
drama espectáculo; obra de teatro; tragedia
gezicht aspecto; cara; espectáculo; mirada; panorama; perspectiva; vistazo cara; faz; fisonomia; rostro
kijk aspecto; cara; espectáculo; mirada; panorama; perspectiva; vistazo opinión; parecer; punto de vista; visión óptica
opvoering espectáculo
panorama aspecto; cara; espectáculo; mirada; panorama; perspectiva; vistazo foto panorámica; panorama; panorámica; vista
parade espectáculo desfile; revista de tropas
prospect aspecto; cara; espectáculo; mirada; panorama; perspectiva; vistazo cliente potencial
schouwspel drama espectacular; espectáculo; espectáculo dramático; obra de teatro; pieza de grand espectáculo; pieza espectáculo; tragedia
schouwtoneel escena; escenario; espectáculo; estrado; podio; proscenio; teatro
show espectáculo demostración; exhibición; exposición; función; sesión
spektakel espectáculo afluencia; agitación; aglomeración; barullo; estruendo; ruido; tumulto
spektakelstuk drama espectacular; espectáculo; espectáculo dramático; obra de teatro; pieza de grand espectáculo; pieza espectáculo
staatsie espectáculo ceremonia; comitiva; cortejo; desfile; formalidad; marcha; multitud; ocasión oficial; pompa; pomposidad; procesión; protocolo; séquito; visita oficial
stuk espectáculo; obra de teatro; tragedia artillería; belleza; cañones; cañón; componente fundamental; elemento básico; estatura; fracción; fractura; fragmento; hombre muy guapo; lote; mujer muy guapa; parte; persona guapa; pieza; porción; publicación; quebrado; quebradura; ración; rotura; ruptura; sección; tía buena; tío bueno
toneelstuk espectáculo; obra de teatro; tragedia
uiterlijk vertoon demostración; espectáculo; esplendor; exhibición; pompa; representación
uitzicht aspecto; cara; espectáculo; mirada; panorama; perspectiva; vistazo
vergezicht aspecto; cara; espectáculo; mirada; panorama; perspectiva; vistazo panorama; vista
vertoning espectáculo
voorstelling espectáculo demostración; exhibición; exposición; función; sesión
vue aspecto; cara; espectáculo; mirada; panorama; perspectiva; vistazo
zicht aspecto; cara; espectáculo; mirada; panorama; perspectiva; vistazo
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
stuk a pedazos; arruinado; averiado; dañado; defectuoso; desarreglado; descompuesto; destrozado; en pedazos; estropeado; hecho pedazos; hecho trizas; no funciona; quebrado; roto

Verwante woorden van "espectáculo":

  • espectáculos

Synoniemen voor "espectáculo":


Wiktionary: espectáculo

espectáculo
noun
  1. een spel dat een publiek van toeschouwers beoogt te boeien
  2. opzienbarend schouwspel
  3. dat wat vertoond, voorgesteld wordt

Cross Translation:
FromToVia
espectáculo opvoering performance — live show or concert
espectáculo show; voorstelling show — entertainment
espectáculo bezienswaardigheid sight — something worth seeing
espectáculo spektakel spectacle — something exhibited to view
espectáculo voorstelling spectaclevue d’ensemble qui attirer les regards, l’attention.