Manejable in het Nederlands vertaald uit het Spaans

Remove Ads

Overzicht

Spaans naar Nederlands: Meer gegevens...

manejable:
- nuttig; handig; kneedbaar; vormbaar; inschikkelijk; soepel; meegaand; gewillig; toegeeflijk; gedwee; toegevend; wendbaar; handzaam; buigzaam; flexibel; handelbaar; gemakkelijk te hanteren; hanteerbaar; vouwbaar; plooibaar; makkelijk in het gebruik; eenvoudig te bedienen; bruikbare

Spaans

Uitgebreide vertaling voor manejable (Spaans) in het Nederlands

manejable:

manejable bijvoeglijk naamwoord

manejable (útil; práctico)
nuttig; handig
- nuttig bijvoeglijk naamwoord
- handig bijvoeglijk naamwoord
manejable (moldeable; versátil; dócil; pastoso; suave; plástico; obediente; plegable; flexible; elástico; transigente; formable)
kneedbaar; vormbaar
- kneedbaar bijvoeglijk naamwoord
- vormbaar bijvoeglijk naamwoord
manejable (dócil; indulgente; dúctil; condescendiente; obsequioso; obediente; flexible; complaciente; elástico)
inschikkelijk; soepel; meegaand; gewillig; toegeeflijk; gedwee; toegevend
- inschikkelijk bijvoeglijk naamwoord
- soepel bijvoeglijk naamwoord
- meegaand bijvoeglijk naamwoord
- gewillig bijvoeglijk naamwoord
- toegeeflijk bijvoeglijk naamwoord
- gedwee bijvoeglijk naamwoord
- toegevend bijvoeglijk naamwoord
manejable
wendbaar
- wendbaar bijvoeglijk naamwoord
manejable (práctico; cómodo; diestro; de fácil manejo)
handzaam
- handzaam bijvoeglijk naamwoord
manejable (flexible; dócil; doblegable; elástico)
buigzaam; flexibel; meegaand; soepel
- buigzaam bijvoeglijk naamwoord
- flexibel bijvoeglijk naamwoord
- meegaand bijvoeglijk naamwoord
- soepel bijvoeglijk naamwoord
manejable (fácil de manejar; confortable)
handelbaar; gemakkelijk te hanteren; hanteerbaar
- handelbaar bijvoeglijk naamwoord
- gemakkelijk te hanteren bijvoeglijk naamwoord
- hanteerbaar bijvoeglijk naamwoord
manejable (flexible; plegable; elástico; pastoso; moldeable; transigente; formable)
vouwbaar; plooibaar
- vouwbaar bijvoeglijk naamwoord
- plooibaar bijvoeglijk naamwoord
manejable (fácil de manejar)
makkelijk in het gebruik; eenvoudig te bedienen
- makkelijk in het gebruik bijvoeglijk naamwoord
- eenvoudig te bedienen bijvoeglijk naamwoord
manejable (utilizable; útil; valioso; servible; hábil; viable; diestro; factible; aprovechado; ducho; mañoso; inestimable; meritorio; inapreciable; aprovechable; habilidoso; digno de mérito; de fácil manejo)
bruikbare
- bruikbare bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor manejable:

Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
buigzaam	doblegable; dócil; elástico; flexible; manejable	flexible
flexibel	doblegable; dócil; elástico; flexible; manejable	dúctil; elástico; flexible; formable; plegable; versátil
gedwee	complaciente; condescendiente; dócil; dúctil; elástico; flexible; indulgente; manejable; obediente; obsequioso	complaciente; dócil; dúctil; indulgente; sometido; subordinado; sujeto a; sumiso
gewillig	complaciente; condescendiente; dócil; dúctil; elástico; flexible; indulgente; manejable; obediente; obsequioso	dispuesto; inclinado
handelbaar	confortable; fácil de manejar; manejable
handig	manejable; práctico; útil	afilado; agudo; aprovechado; atractivo; buen mozo; capaz; cortante; descansado; despierto; diestro; espabilado; experimentado; experto; habilidoso; ingenioso; listo; mañoso; servible; sofisticado; talentoso; utilizable; útil
handzaam	cómodo; de fácil manejo; diestro; manejable; práctico
hanteerbaar	confortable; fácil de manejar; manejable
inschikkelijk	complaciente; condescendiente; dócil; dúctil; elástico; flexible; indulgente; manejable; obediente; obsequioso	afable; amable; asiduo; atento; complaciente; dispuesto a ayudar; indulgente; obsequioso; servicial
kneedbaar	dócil; elástico; flexible; formable; manejable; moldeable; obediente; pastoso; plegable; plástico; suave; transigente; versátil
meegaand	complaciente; condescendiente; doblegable; dócil; dúctil; elástico; flexible; indulgente; manejable; obediente; obsequioso	complaciente; dócil; dúctil; indulgente; sometido; subordinado; sujeto a; sumiso
nuttig	manejable; práctico; útil	fecundo; fructífero; fértil; lucrativo; práctico; rentable; servible; utilizable; útil
plooibaar	elástico; flexible; formable; manejable; moldeable; pastoso; plegable; transigente
soepel	complaciente; condescendiente; doblegable; dócil; dúctil; elástico; flexible; indulgente; manejable; obediente; obsequioso	dúctil; elástico; flexible; formable; plegable; versátil; ágil
toegevend	complaciente; condescendiente; dócil; dúctil; elástico; flexible; indulgente; manejable; obediente; obsequioso
wendbaar	manejable
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
bruikbare	aprovechable; aprovechado; de fácil manejo; diestro; digno de mérito; ducho; factible; habilidoso; hábil; inapreciable; inestimable; manejable; mañoso; meritorio; servible; utilizable; valioso; viable; útil
eenvoudig te bedienen	fácil de manejar; manejable
gemakkelijk te hanteren	confortable; fácil de manejar; manejable
makkelijk in het gebruik	fácil de manejar; manejable
toegeeflijk	complaciente; condescendiente; dócil; dúctil; elástico; flexible; indulgente; manejable; obediente; obsequioso
vormbaar	dócil; elástico; flexible; formable; manejable; moldeable; obediente; pastoso; plegable; plástico; suave; transigente; versátil
vouwbaar	elástico; flexible; formable; manejable; moldeable; pastoso; plegable; transigente

Verwante woorden van "manejable":

manejables

Synoniemen voor "manejable":

fácil; dócil; obediente; tratable; acomodaticio
gobernable; manso; sumiso; disciplinado

Verwante vertalingen van manejable

poco manejable

Remove Ads

Vertaal manejable van Spaans naar Nederlands

Uitgebreide vertaling voor manejable (Spaans) in het Nederlands

manejable:

manejable bijvoeglijk naamwoord

manejable (útil; práctico)

manejable (moldeable; versátil; dócil; pastoso; suave; plástico; obediente; plegable; flexible; elástico; transigente; formable)

manejable (dócil; indulgente; dúctil; condescendiente; obsequioso; obediente; flexible; complaciente; elástico)

manejable

manejable (práctico; cómodo; diestro; de fácil manejo)

manejable (flexible; dócil; doblegable; elástico)

manejable (fácil de manejar; confortable)

manejable (flexible; plegable; elástico; pastoso; moldeable; transigente; formable)

manejable (fácil de manejar)

manejable (utilizable; útil; valioso; servible; hábil; viable; diestro; factible; aprovechado; ducho; mañoso; inestimable; meritorio; inapreciable; aprovechable; habilidoso; digno de mérito; de fácil manejo)

Vertaal Matrix voor manejable:

Verwante woorden van "manejable":

Synoniemen voor "manejable":

Verwante vertalingen van manejable