Overzicht
Spaans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. saciado:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor saciado (Spaans) in het Nederlands

saciado:

saciado bijvoeglijk naamwoord

  1. saciado (harto; pleno; lleno)
    verzadigd; vol

Vertaal Matrix voor saciado:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
vol harto; lleno; pleno; saciado atestado de; cargado; colmado; completo; harto; hinchado; lleno; pleno
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
verzadigd harto; lleno; pleno; saciado abonado; alegre; arrobado; complacido; contento; entusiasta; harto; hinchado; pagado; satisfecho; vivo

Synoniemen voor "saciado":


Wiktionary: saciado

saciado
adjective
  1. verzadigd van eten