Overzicht
Spaans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. acreedor:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor acreedor (Spaans) in het Zweeds

acreedor:

acreedor [el ~] zelfstandig naamwoord

  1. el acreedor
    borgenär; fordringsägare; kreditor
  2. el acreedor (deudor; deudora)
    kreditgivare
  3. el acreedor (deudor; deudora)
    gäldenär; debitor
  4. el acreedor (oferente de préstamos; instutición de crédito; oferente de crédito)
    lånare

Vertaal Matrix voor acreedor:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
borgenär acreedor acreedora
debitor acreedor; deudor; deudora
fordringsägare acreedor acreedora; creditores; demandante; derechohabiente; parte demandante; reclamante; titular de un derecho
gäldenär acreedor; deudor; deudora deudor; deudora
kreditgivare acreedor; deudor; deudora acreedores
kreditor acreedor acreedora
lånare acreedor; instutición de crédito; oferente de crédito; oferente de préstamos deudor; pedigüeño; prestador; prestamista; prestatario

Verwante woorden van "acreedor":


Synoniemen voor "acreedor":


Wiktionary: acreedor


Cross Translation:
FromToVia
acreedor borgenär creditor — a person to whom a debt is owed
acreedor fordringsägare schuldeiser — iemand aan wie iemand iets (meestal geld) verschuldigd is
acreedor borgenär; fordringsägare Gläubiger — jemand, der einem Schuldner gegenüber anspruchsberechtigt ist

Verwante vertalingen van acreedor