Overzicht
Spaans naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. rozando:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor rozando (Spaans) in het Zweeds

rozando:

rozando bijvoeglijk naamwoord

  1. rozando (estrechamente; apenas; ajustado; )
    trångt; smal; knappt
    • trångt bijvoeglijk naamwoord
    • smal bijvoeglijk naamwoord
    • knappt bijvoeglijk naamwoord
  2. rozando (apenas; por poco)
    nära
    • nära bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor rozando:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
trångt angostura; desfiladero; estrecho
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
nära alimentar; consumir; dar de comer a; disfrutar; nutrir
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
knappt ajustado; apenas; apretadamente; cerca; estrechamente; por poco; rozando ajustado; angosto; apretado; estrecho; minúsculo
nära apenas; por poco; rozando casi
smal ajustado; apenas; apretadamente; cerca; estrechamente; por poco; rozando delgaducho; flaco
trångt ajustado; apenas; apretadamente; cerca; estrechamente; por poco; rozando ajustado; angosto; apretado; estrecho