Overzicht
Frans naar Engels:   Meer gegevens...
  1. niaiser:
  2. Wiktionary:
    • niaiser → kid


Frans

Uitgebreide vertaling voor niaiser (Frans) in het Engels

niaiser:

niaiser werkwoord

  1. niaiser (musarder)
    to trifle; to potter
    • trifle werkwoord (trifles, trifled, trifling)
    • potter werkwoord (potters, pottered, pottering)
  2. niaiser (tripoter; bricoler maladroitement; bousiller; gâcher)
    to bungle
    • bungle werkwoord (bungles, bungled, bungling)

Vertaal Matrix voor niaiser:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bungle barbouillage; bazar; bordel; bousillage; bricolage; brouillon; bâclage; chaos; désordre; fatras; fouillis; gribouillage; pagaille; ramassis; saletés
potter céramiste
trifle amuse-gueule; babiole; bagatelle; chose sans importance; détail; fait accessoire; friandise; futilité; jeu d'enfant; petite chose; rien; rien du tout
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bungle bousiller; bricoler maladroitement; gâcher; niaiser; tripoter bousiller; bricoler; cochonner; déconner; embrouiller; gâcher; tripoter
potter musarder; niaiser bousiller; bricoler; bâcler
trifle musarder; niaiser

Wiktionary: niaiser

niaiser
verb
  1. make a fool of