Overzicht
Frans naar Engels:   Meer gegevens...
  1. phylum:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor phylum (Frans) in het Engels

phylum:

phylum [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le phylum (tronc)
    the trunk; the shank; the stick
    • trunk [the ~] zelfstandig naamwoord
    • shank [the ~] zelfstandig naamwoord
    • stick [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor phylum:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
shank phylum; tronc jambe; tibia; tige; verge
stick phylum; tronc barre; barreau; branche; brin; bâton; crosse de hockey; gourdin; knout; levier de changement de vitesses; lingot; pique-feu; rai; rameau; ramification; rayon; ringard; scion; taillis; tige; tisonnier; tringle; trique; verge
trunk phylum; tronc carvasse; coffre; coffre arrière; coffre-armoire; contenaires; conteneurs; tronc
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
stick adhérer; attacher; attraper; avoir des difficultés; barboter; chiper; coller; coller ensemble; engluer; fixer avec de la colle; hésiter; ne pas décoller; pendre; piquer; piétiner; plaquer; prendre; ramer; rester court; s'attacher; s'attacher à; s'attarder; scotcher; se coller; souffler; stagner; tomber à plat; être au point mort; être bloqué; être coincé

Wiktionary: phylum

phylum
noun
  1. embranchement