Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. loin:
  2. de loin:
  3. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor de loin (Frans) in het Nederlands

loin:

loin bijvoeglijk naamwoord

  1. loin (lointain; distant; au loin; )
    ver; verafgelegen; veraf
  2. loin
    eraf

Vertaal Matrix voor loin:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ver au loin; distant; isolé; loin; lointain; solitaire; écarté; éloigné
verafgelegen au loin; distant; isolé; loin; lointain; solitaire; écarté; éloigné
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
eraf loin
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
veraf au loin; distant; isolé; loin; lointain; solitaire; écarté; éloigné

Synoniemen voor "loin":


Wiktionary: loin

loin
  1. Se trouvant à une grande distance (sens général)
loin
adverb
  1. op grote afstand
adjective
  1. met een brede lip

Cross Translation:
FromToVia
loin ver far — distant in space, time, or degree

de loin:

de loin bijvoeglijk naamwoord

  1. de loin (de l'extérieur; du dehors; en apparence; apparemment)
    uiterlijk; buitenaf
  2. de loin (de beaucoup; aisément; infiniment; bien)
    verreweg

Vertaal Matrix voor de loin:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
uiterlijk air; air de quelqu'un; allure; apparence; aspect; dehors; extérieur; figure; forme; mine; physique; silhouette; stature; taille
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
uiterlijk apparemment; de l'extérieur; de loin; du dehors; en apparence au plus tard; de l'extérieur; en dernier lieu; externe; extérieur; extérieurement; tout au plus
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
buitenaf apparemment; de l'extérieur; de loin; du dehors; en apparence
verreweg aisément; bien; de beaucoup; de loin; infiniment; largement

Wiktionary: de loin


Cross Translation:
FromToVia
de loin verreweg by far — to a large extent

Verwante vertalingen van de loin