Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. dessein:
  2. à dessein:
  3. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor dessein (Frans) in het Nederlands

dessein:

dessein [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le dessein (propos; intention; résolution; projet)
    het voornemen; de plan; de opzet
    • voornemen [het ~] zelfstandig naamwoord
    • plan [de ~] zelfstandig naamwoord
    • opzet [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. le dessein (but; objectif; dévouement; )
    het doel; de inzet; het streven; het doeleinde
    • doel [het ~] zelfstandig naamwoord
    • inzet [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • streven [het ~] zelfstandig naamwoord
    • doeleinde [het ~] zelfstandig naamwoord
  3. le dessein (projet; objectif; intention)
    de toeleg
    • toeleg [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  4. le dessein (intention; but; objectif; cible; destination)
    de intentie; het voornemen; de moedwil
    • intentie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • voornemen [het ~] zelfstandig naamwoord
    • moedwil [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor dessein:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
doel application; but; cible; consécration; dessein; destination; dévouement; effort; enjeu; intention; mise; mise à prix; objectif; tentative ambition; aspiration; avantage; but; but final; ce que l'on vise; cible; destination; destination de voyage; destination finale; intention; objectif; objectif final; sens; utilité; valeur cible
doeleinde application; but; cible; consécration; dessein; destination; dévouement; effort; enjeu; intention; mise; mise à prix; objectif; tentative
intentie but; cible; dessein; destination; intention; objectif ambition; aspiration; but; ce que l'on vise; intention
inzet application; but; cible; consécration; dessein; destination; dévouement; effort; enjeu; intention; mise; mise à prix; objectif; tentative ambition; amorce; application; ardeur; assiduité; attachement; caractère passionné; commencement; consécration; début; décollage; démarrage; départ; dévouement; emploi; enjeu; fougue; mise; mise à prix; origine; ouverture; passion; sollicitude; usage; utilisation
moedwil but; cible; dessein; destination; intention; objectif
opzet dessein; intention; projet; propos; résolution planification
plan dessein; intention; projet; propos; résolution comportement; conduite; couche; degré; gradation; mesure; niveau; norme; plan; planification; projet
streven application; but; cible; consécration; dessein; destination; dévouement; effort; enjeu; intention; mise; mise à prix; objectif; tentative ambition; aspiration; but; ce que l'on vise; intention
toeleg dessein; intention; objectif; projet
voornemen but; cible; dessein; destination; intention; objectif; projet; propos; résolution
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
streven ambitionner; aspirer à; s'efforcer; viser; viser à
voornemen avoir l'intention de; former le dessein de
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
plan plan

Synoniemen voor "dessein":


Wiktionary: dessein

dessein
noun
  1. Intention d’exécuter quelque chose (sens général)

à dessein:

à dessein bijvoeglijk naamwoord

  1. à dessein (intentionnellement; de propos délibéré)
    voorbedachtelijk

Vertaal Matrix voor à dessein:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
voorbedachtelijk de propos délibéré; intentionnellement; à dessein

Wiktionary: à dessein

à dessein
adverb
  1. exprès ; avec intention.

Cross Translation:
FromToVia
à dessein expres; opzettelijk on purpose — purposefully, with intention

Verwante vertalingen van dessein