Vol: vertaling Frans

Overzicht

Frans naar Nederlands: Meer gegevens...

vol:
- vlucht; vliegreis; vliegtocht; diefstal; ontvreemding; beroving; roof; malversatie; onregelmatigheden; verdonkeremaning; fraude; zwendel; verduisteren; verduistering; vliegreisje; vliegtochtje
volé:
- gestolen; ontvreemd; gejat; bekocht
Wiktionary:
- vol → vlucht, diefstal
- vol → vliegen, vlucht, diefstal, roof
- volé → gestolen

Nederlands naar Frans: Meer gegevens...

vol:
- plein; fourré; rempli; rembourré; bourré; comble; saturé; mangé à satiété; repu; rassasié; aux combles
Wiktionary:
- vol → plein, pleine, pleines, complet, entier, germain
- vol → plein, entier, total, repaitre, rassasier, farci
Gebruikers suggesties voor vol:
- pleins, entière

Frans

Uitgebreide vertaling voor vol (Frans) in het Nederlands

vol:

vol [le ~] zelfstandig naamwoord

le vol (voyage en avion; croisière aérienne)
de vlucht; de vliegreis; de vliegtocht
- vlucht [de ~] zelfstandig naamwoord
- vliegreis [de ~] zelfstandig naamwoord
- vliegtocht [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
le vol
de diefstal; de ontvreemding
- diefstal [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- ontvreemding [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
le vol
de diefstal
- diefstal [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
le vol (dépouillement; brigandage; rapt)
de beroving; de roof
- beroving [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- roof [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
le vol (malversation; irrégularités; fraude; escroquerie; détournement; obscurcissement; tricherie; réception; anomalie; désordre; irrégularité)
de malversatie; de onregelmatigheden; de verdonkeremaning; de fraude; de zwendel; verduisteren; de verduistering; de ontvreemding
- malversatie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- onregelmatigheden [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
- verdonkeremaning [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- fraude [de ~] zelfstandig naamwoord
- zwendel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- verduisteren [znw.] zelfstandig naamwoord
- verduistering [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- ontvreemding [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
le vol (croisière aérienne; volée; petit vol)
het vliegreisje; het vliegtochtje; de vliegtocht
- vliegreisje [het ~] zelfstandig naamwoord
- vliegtochtje [het ~] zelfstandig naamwoord
- vliegtocht [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor vol:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
beroving	brigandage; dépouillement; rapt; vol
diefstal	vol
fraude	anomalie; désordre; détournement; escroquerie; fraude; irrégularité; irrégularités; malversation; obscurcissement; réception; tricherie; vol	fraude
malversatie	anomalie; désordre; détournement; escroquerie; fraude; irrégularité; irrégularités; malversation; obscurcissement; réception; tricherie; vol
onregelmatigheden	anomalie; désordre; détournement; escroquerie; fraude; irrégularité; irrégularités; malversation; obscurcissement; réception; tricherie; vol
ontvreemding	anomalie; désordre; détournement; escroquerie; fraude; irrégularité; irrégularités; malversation; obscurcissement; réception; tricherie; vol
roof	brigandage; dépouillement; rapt; vol	croûte; escarre; écorce
verdonkeremaning	anomalie; désordre; détournement; escroquerie; fraude; irrégularité; irrégularités; malversation; obscurcissement; réception; tricherie; vol	malversation
verduisteren	anomalie; désordre; détournement; escroquerie; fraude; irrégularité; irrégularités; malversation; obscurcissement; réception; tricherie; vol
verduistering	anomalie; désordre; détournement; escroquerie; fraude; irrégularité; irrégularités; malversation; obscurcissement; réception; tricherie; vol	malversation; éclipse solaire
vliegreis	croisière aérienne; vol; voyage en avion
vliegreisje	croisière aérienne; petit vol; vol; volée
vliegtocht	croisière aérienne; petit vol; vol; volée; voyage en avion
vliegtochtje	croisière aérienne; petit vol; vol; volée
vlucht	croisière aérienne; vol; voyage en avion
zwendel	anomalie; désordre; détournement; escroquerie; fraude; irrégularité; irrégularités; malversation; obscurcissement; réception; tricherie; vol	attrape-nigaud; bluff; duperie; escroquerie; filouterie; fraude; imposture; malversation; mystification; piège grossier; soulèvements; tricherie; tromperie
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
verduisteren		abriter; assombrir; barboter; cacher; camoufler; celer; chiper; choper; dissimuler; déguiser; dérober; détenir; enlever; enténébrer; farder; faucher; marauder; mettre en sûreté; obscurcir; omettre; piller; piquer; prendre; rafler; receler; retenir; retirer; s'emparer; se taire de quelque chose; subtiliser; taire; voiler; voler; ôter

Synoniemen voor "vol":

brigandage; banditisme; déprédation; exaction; fripouillerie; gangstérisme; pillage; piraterie; terrorisme; vandalisme; effraction; forcement; enlèvement; rapt; kidnapping; prise; razzia; ravissement; escroquerie; filouterie; friponnerie; malversation; tromperie; prévarication; abus; excès; extorsion; rançonnement; concussion; grivèlerie; larcin; maraudage; chapardage; maraude; grappillage; sac; saccage; curée; rapine; forfaiture; capture; butin; rapinerie; spoliation; captation; dépossession; éviction; expropriation; fraude; essor

Wiktionary: vol

vol

noun

mouvement des oiseaux et de divers animaux, qui se soutiennent et avancent dans l’air au moyen de leurs ailes.
- vol → vlucht
Action de celui ou de celle qui prend furtivement ou par force le bien d’autrui, pour se l’approprier.
- vol → diefstal

vol

noun

het zich onrechtmatig toe-eigenen van goederen of andere bezittingen die aan een ander toebehoren
- diefstal → vol
het zich door luchtruim bewegen
- vlucht → vol

Cross Translation:

From	To	Via
• vol	→ vliegen; vlucht	↔ flight — act of flying
• vol	→ diefstal	↔ theft — act of stealing property
• vol	→ diefstal	↔ Diebstahl — heimliche Entwendung fremden Eigentums
• vol	→ vlucht	↔ Flug — Fortbewegung eines Körpers durch die Luft durch Ausnutzung der Gesetze der Aerodynamik
• vol	→ roof	↔ Raub — das gewaltsame wegnehmen, das rauben

volé:

volé bijvoeglijk naamwoord

volé (chapardé; dérobé; piqué)
gestolen; ontvreemd
- gestolen bijvoeglijk naamwoord
- ontvreemd bijvoeglijk naamwoord
volé (piqué; chouravé)
gejat
- gejat bijvoeglijk naamwoord
volé (dupé; roulé; refait)
bekocht
- bekocht bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor volé:

Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
bekocht	dupé; refait; roulé; volé
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
gejat	chouravé; piqué; volé
gestolen	chapardé; dérobé; piqué; volé
ontvreemd	chapardé; dérobé; piqué; volé

Synoniemen voor "volé":

détourné; dévié; gauchi; déjeté; dérouté; indirect; évasif; piraté; dépouillé; démuni; enlevé

Wiktionary: volé

Cross Translation:

From	To	Via
• volé	→ gestolen	↔ stolen — past participle of to steal

Verwante vertalingen van vol

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor vol (Nederlands) in het Frans

vol:

vol bijvoeglijk naamwoord

vol (gevuld)
plein; fourré; rempli; rembourré; bourré; comble
- plein bijvoeglijk naamwoord
- fourré bijvoeglijk naamwoord
- rempli bijvoeglijk naamwoord
- rembourré bijvoeglijk naamwoord
- bourré bijvoeglijk naamwoord
- comble bijvoeglijk naamwoord
vol (volgegeten; verzadigd)
saturé; mangé à satiété
- saturé bijvoeglijk naamwoord
- mangé à satiété bijvoeglijk naamwoord
vol (verzadigd)
repu; rassasié
- repu bijvoeglijk naamwoord
- rassasié bijvoeglijk naamwoord
vol (afgeladen)
bourré; aux combles
- bourré bijvoeglijk naamwoord
- aux combles bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor vol:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
comble		culminatie; dakbint; dakspant; dakstoel; hoogtepunt; piek; spant; summum; top; toppunt; zenit
fourré		kreupelbos; kreupelhout
plein		volheid
Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	compleet; geheel; heel; volledig
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	helemaal
Not Specified	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	totaal
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
aux combles	afgeladen; vol
bourré	afgeladen; gevuld; vol	beschonken; bezopen; bomvol; dronken; knalvol; ladderzat; laveloos; opgevuld; overvol; propvol; smoordronken; stampvol; stomdroken; stomdronken; straalbezopen; tjokvol; toeter; volgepropt; volgestopt; zat
comble	gevuld; vol	boordevol; knalvol; opgepropt; opgevuld; overvol; propvol; stampvol; tjokvol; volgestopt; volop
fourré	gevuld; vol	opgevuld; volgestopt
mangé à satiété	verzadigd; vol; volgegeten
plein	gevuld; vol	klankrijk; massief; niet hol; opgevuld; sonoor; volgestopt
rassasié	verzadigd; vol
rembourré	gevuld; vol	opgevuld; volgestopt
rempli	gevuld; vol	bijgevuld; opgevuld; volgegooid; volgestopt
repu	verzadigd; vol
saturé	verzadigd; vol; volgegeten

Verwante woorden van "vol":

volheid, volst, volste

Synoniemen voor "vol":

compleet; geheel; heel; helemaal; totaal; volledig

Antoniemen van "vol":

leeg; deel; element; gedeelte; onderdeel; part; stuk

Verwante definities voor "vol":

zonder dat er iets ontbreekt¹
- zij wacht al een vol uur¹
het bevat zoveel dat er niets bij kan¹
- de beker zit helemaal vol¹

Wiktionary: vol

vol

adjective

geheel gevuld
- vol → plein; plein; pleine; pleines

vol

adjective

À quoi il ne manquer aucune des parties nécessaires.
- complet → volledig; compleet; vol
Qui a toutes ses parties, ou que l’on considérer dans toute son étendue.
- entier → compleet; gans; heel; geheel; vol; volkomen; volslagen; totaal; volledig
de frères et sœurs
- germain → vol
Qui contient tout ce qu’il est capable de contenir ; il est opposé à vide. (Sens général).
- plein → vol

Cross Translation:

From	To	Via
• vol	→ plein	↔ full — containing the maximum possible amount
• vol	→ entier; total	↔ full — total, entire
• vol	→ repaitre; rassasier	↔ full — satisfied, in relation to eating
• vol	→ farci	↔ stuffed — with food

Franse en Nederlandse zoekresultaten voor: vol

Uitgebreide vertaling voor vol (Frans) in het Nederlands

vol:

vol [le ~] zelfstandig naamwoord

le vol (voyage en avion; croisière aérienne)

le vol

le vol

le vol (dépouillement; brigandage; rapt)

le vol (malversation; irrégularités; fraude; escroquerie; détournement; obscurcissement; tricherie; réception; anomalie; désordre; irrégularité)

le vol (croisière aérienne; volée; petit vol)

Vertaal Matrix voor vol:

Synoniemen voor "vol":

Wiktionary: vol

volé:

volé bijvoeglijk naamwoord

volé (chapardé; dérobé; piqué)

volé (piqué; chouravé)

volé (dupé; roulé; refait)

Vertaal Matrix voor volé:

Synoniemen voor "volé":

Wiktionary: volé

Verwante vertalingen van vol

Uitgebreide vertaling voor vol (Nederlands) in het Frans

vol:

vol bijvoeglijk naamwoord

vol (gevuld)

vol (volgegeten; verzadigd)

vol (verzadigd)

vol (afgeladen)

Vertaal Matrix voor vol:

Verwante woorden van "vol":

Synoniemen voor "vol":

Antoniemen van "vol":

Verwante definities voor "vol":

Wiktionary: vol

Verwante vertalingen van vol