Arrêté in het Nederlands vertaald uit het Frans

Remove Ads

Overzicht

Frans naar Nederlands: Meer gegevens...

arrêté:
- gestopt; opgehouden; uitgescheiden; gearresteerd; afsluitings-; gevangen; opgesloten; gevangen genomen; geïnterneerd; vastgezet
- beslissing; raadsbesluit; maatregel; voorziening; schikking; decreet; afkondiging; uitvaardiging; besluit

Frans

Uitgebreide vertaling voor arrêté (Frans) in het Nederlands

arrêté:

arrêté bijvoeglijk naamwoord

arrêté
gestopt; opgehouden; uitgescheiden
- gestopt bijvoeglijk naamwoord
- opgehouden bijvoeglijk naamwoord
- uitgescheiden bijvoeglijk naamwoord
arrêté
gearresteerd
- gearresteerd bijvoeglijk naamwoord
arrêté
afsluitings-
- afsluitings-
arrêté (fait prisonnier; emprisonné; captif; prisonnier; enfermé; interné)
gevangen; opgesloten; gevangen genomen; geïnterneerd; vastgezet
- gevangen bijvoeglijk naamwoord
- opgesloten bijvoeglijk naamwoord
- gevangen genomen bijvoeglijk naamwoord
- geïnterneerd bijvoeglijk naamwoord
- vastgezet bijvoeglijk naamwoord

arrêté [le ~] zelfstandig naamwoord

l'arrêté (décision; décret; arrêt du conseil municipal; résolution; détermination)
de beslissing; het raadsbesluit
- beslissing [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- raadsbesluit [het ~] zelfstandig naamwoord
l'arrêté (mesure; dispositions; résolution; arrêt du conseil municipal; décision; détermination; décret)
de maatregel; de voorziening; de schikking
- maatregel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- voorziening [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- schikking [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
l'arrêté (décret; ordonnance; proclamation)
de decreet; de afkondiging; de uitvaardiging
- decreet [de ~] zelfstandig naamwoord
- afkondiging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- uitvaardiging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
l'arrêté
het besluit
- besluit [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor arrêté:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
afkondiging	arrêté; décret; ordonnance; proclamation	annonce; décret; faire-part; notification; parution publique; proclamation; promulgation; publication; révélation
beslissing	arrêt du conseil municipal; arrêté; décision; décret; détermination; résolution	décision
besluit	arrêté	arrêt; arrêt du conseil municipal; arrêté gouvernemental; décision; décision gouvernementale; décret; détermination; résolution
decreet	arrêté; décret; ordonnance; proclamation	décret
maatregel	arrêt du conseil municipal; arrêté; dispositions; décision; décret; détermination; mesure; résolution
raadsbesluit	arrêt du conseil municipal; arrêté; décision; décret; détermination; résolution	arrêt; arrêt du conseil municipal; arrêté gouvernemental; décision; décision gouvernementale; décret; détermination; résolution
schikking	arrêt du conseil municipal; arrêté; dispositions; décision; décret; détermination; mesure; résolution	accommodement; accord; arrangement; classement; consentement; convention; hiérarchie; mise en ordre; ordre; rangement
uitvaardiging	arrêté; décret; ordonnance; proclamation
voorziening	arrêt du conseil municipal; arrêté; dispositions; décision; décret; détermination; mesure; résolution	approvisionnement; procuration
Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
gevangen	arrêté; captif; emprisonné; enfermé; fait prisonnier; interné; prisonnier
Not Specified	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
afsluitings-	arrêté
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
gearresteerd	arrêté
gestopt	arrêté
gevangen genomen	arrêté; captif; emprisonné; enfermé; fait prisonnier; interné; prisonnier
geïnterneerd	arrêté; captif; emprisonné; enfermé; fait prisonnier; interné; prisonnier
opgehouden	arrêté
opgesloten	arrêté; captif; emprisonné; enfermé; fait prisonnier; interné; prisonnier
uitgescheiden	arrêté
vastgezet	arrêté; captif; emprisonné; enfermé; fait prisonnier; interné; prisonnier

Synoniemen voor "arrêté":

paralysé; décidé; emprisonné; écroué; encellulé; interné; enchaîné; enfermé; reclus; claustré; appréhendé; fixe; immobile; immuable; permanent; sédentaire; invariable; stable; ferme; définitif; irrévocable; constant; assuré; régulier; continu; inaltérable; durable; figé; stationnaire; interrompu; rompu; coupé; brisé; cassé; suspendu; terminé; fini; cessé; formel; inadmissible; péremptoire; résolu; loi; législation; droit; code; justice; légalité; acte; arrêt; édit; constitution; jurisprudence; ordonnance; charte; piqué; vermoulu; vexé; enfoncé; parsemé; cousu; éveillé; prescription; invalidation; péremption; nullité; règle; instruction; recommandation; précepte; prisonnier; embastillé; séquestré; détenu; captif; otage; prévenu; bagnard; déporté; stoppé; interdit; saisi; incertain; hésitant; irrésolu; chassé

Verwante vertalingen van arrêté

Remove Ads

Vertaal arrêté van Frans naar Nederlands

Uitgebreide vertaling voor arrêté (Frans) in het Nederlands

arrêté:

arrêté bijvoeglijk naamwoord

arrêté

arrêté

arrêté

arrêté (fait prisonnier; emprisonné; captif; prisonnier; enfermé; interné)

arrêté [le ~] zelfstandig naamwoord

l'arrêté (décision; décret; arrêt du conseil municipal; résolution; détermination)

l'arrêté (mesure; dispositions; résolution; arrêt du conseil municipal; décision; détermination; décret)

l'arrêté (décret; ordonnance; proclamation)

l'arrêté

Vertaal Matrix voor arrêté:

Synoniemen voor "arrêté":

Verwante vertalingen van arrêté