Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. bal:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor bal (Frans) in het Nederlands

bal:

bal [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le bal
    het dansfeest; het bal
    • dansfeest [het ~] zelfstandig naamwoord
    • bal [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. le bal (bal d'apparat; gala; grand bal officiel; grand bal)
    het gala; het galabal; het bal
    • gala [het ~] zelfstandig naamwoord
    • galabal [het ~] zelfstandig naamwoord
    • bal [het ~] zelfstandig naamwoord
  3. le bal (soirée dansante; gala)
    het gala; groot bal
    • gala [het ~] zelfstandig naamwoord
    • groot bal [znw.] zelfstandig naamwoord
  4. le bal (fête de cour; gala)
    het gala; hoffeest
    • gala [het ~] zelfstandig naamwoord
    • hoffeest [znw.] zelfstandig naamwoord
  5. le bal (gala; bal à la cour)
    het gala; hofbal
    • gala [het ~] zelfstandig naamwoord
    • hofbal [znw.] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor bal:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bal bal; bal d'apparat; gala; grand bal; grand bal officiel balle; ballon; boule; pelote
dansfeest bal
gala bal; bal d'apparat; bal à la cour; fête de cour; gala; grand bal; grand bal officiel; soirée dansante costume de cour; costume de cérémonie; habits de circonstance; tenue d'apparat; tenue de cour
galabal bal; bal d'apparat; gala; grand bal; grand bal officiel
groot bal bal; gala; soirée dansante
hofbal bal; bal à la cour; gala
hoffeest bal; fête de cour; gala

Synoniemen voor "bal":


Wiktionary: bal

bal
noun
  1. réunion, assemblée où l’on danser.
bal
noun
  1. een danspartij

Cross Translation:
FromToVia
bal bal ball — formal dance

Verwante vertalingen van bal