Frans

Uitgebreide vertaling voor entériner (Frans) in het Nederlands

entériner:

entériner werkwoord (entérine, entérines, entérinons, entérinez, )

  1. entériner (ratifier; authentifier; confirmer; valider; authentiquer)
    certificeren; bekrachtigen; waarmerken; bestempelen; merken
    • certificeren werkwoord (certificeer, certificeert, certificeerde, certificeerden, gecertificeerd)
    • bekrachtigen werkwoord (bekrachtig, bekrachtigt, bekrachtigde, bekrachtigden, bekrachtigd)
    • waarmerken werkwoord (waarmerk, waarmerkt, waarmerkte, waarmerkten, gewaarmerkt)
    • bestempelen werkwoord (bestempel, bestempelt, bestempelde, bestempelden, bestempeld)
    • merken werkwoord (merk, merkt, merkte, merkten, gemerkt)
  2. entériner (ratifier; confirmer; valider; sceller)
    goedkeuren; bevestigen; bekrachtigen; homologeren; bezegelen
    • goedkeuren werkwoord (keur goed, keurt goed, keurde goed, keurden goed, goedgekeurd)
    • bevestigen werkwoord (bevestig, bevestigt, bevestigde, bevestigden, bevestigd)
    • bekrachtigen werkwoord (bekrachtig, bekrachtigt, bekrachtigde, bekrachtigden, bekrachtigd)
    • homologeren werkwoord (homologeer, homologeert, homologeerde, homologeerden, gehomologeerd)
    • bezegelen werkwoord (bezegel, bezegelt, bezegelde, bezegelden, bezegeld)

Conjugations for entériner:

Présent
  1. entérine
  2. entérines
  3. entérine
  4. entérinons
  5. entérinez
  6. entérinent
imparfait
  1. entérinais
  2. entérinais
  3. entérinait
  4. entérinions
  5. entériniez
  6. entérinaient
passé simple
  1. entérinai
  2. entérinas
  3. entérina
  4. entérinâmes
  5. entérinâtes
  6. entérinèrent
futur simple
  1. entérinerai
  2. entérineras
  3. entérinera
  4. entérinerons
  5. entérinerez
  6. entérineront
subjonctif présent
  1. que j'entérine
  2. que tu entérines
  3. qu'il entérine
  4. que nous entérinions
  5. que vous entériniez
  6. qu'ils entérinent
conditionnel présent
  1. entérinerais
  2. entérinerais
  3. entérinerait
  4. entérinerions
  5. entérineriez
  6. entérineraient
passé composé
  1. ai entériné
  2. as entériné
  3. a entériné
  4. avons entériné
  5. avez entériné
  6. ont entériné
divers
  1. entérine!
  2. entérinez!
  3. entérinons!
  4. entériné
  5. entérinant
1. je, 2. tu, 3. il/elle/on, 4. nous, 5. vous, 6. ils/elles

Vertaal Matrix voor entériner:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
homologeren homologuer
waarmerken cachets; estampilles; poinçons; scellés; timbres
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bekrachtigen authentifier; authentiquer; confirmer; entériner; ratifier; sceller; valider
bestempelen authentifier; authentiquer; confirmer; entériner; ratifier; valider appeler; mentionner; nommer
bevestigen confirmer; entériner; ratifier; sceller; valider adhérer à; agrafer; approuver; assujettir; attacher; attacher à qc; boutonner; caler; coller; confirmer; consentir; ficeler; fixer; installer; lier; marquer; mettre; mettre à l'attache; nouer; parapher; poser; rattacher; renforcer; souscire à; timbrer
bezegelen confirmer; entériner; ratifier; sceller; valider cacheter; sceller
certificeren authentifier; authentiquer; confirmer; entériner; ratifier; valider
goedkeuren confirmer; entériner; ratifier; sceller; valider admettre; agréer; approuver; autoriser; concéder; consentir; consentir à; donner le feu vert à; déclarer bon; habiliter; homologuer; laisser; permettre; ratifier; rendre légitime; tolérer
homologeren confirmer; entériner; ratifier; sceller; valider
merken authentifier; authentiquer; confirmer; entériner; ratifier; valider apercevoir; cocher; constater; distinguer; marquer; marquer d'une croix; observer; percevoir; pointer; remarquer; s'apercevoir de; s'aviser de; se rendre compte de; signaler; voir
waarmerken authentifier; authentiquer; confirmer; entériner; ratifier; valider accepter; confirmer; considérer comme habituel
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
goedkeuren autoriser

Synoniemen voor "entériner":