Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. fuite:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor fuite (Frans) in het Nederlands

fuite:

fuite [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la fuite (vide; trou; ouverture; petit trou)
    de lek; het lekken
    • lek [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • lekken [het ~] zelfstandig naamwoord
  2. la fuite
    de lek; de lekkage
    • lek [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • lekkage [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  3. la fuite (évasion)
    de ontsnapping; de uitbraak; de ontvluchting; uitbreken

Vertaal Matrix voor fuite:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lek fuite; ouverture; petit trou; trou; vide fuite d'eau
lekkage fuite
lekken fuite; ouverture; petit trou; trou; vide
ontsnapping fuite; évasion
ontvluchting fuite; évasion
uitbraak fuite; évasion
uitbreken fuite; évasion
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lekken se dégonfler
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lek crevé; non étanche; percé

Synoniemen voor "fuite":


Wiktionary: fuite

fuite
noun
  1. Action de fuir
  2. Fente par où un liquide ou gaz fuit
    • fuitelek
  3. action de fuir.
fuite
noun
  1. opening waardoor een vloeistof of een gas in of uit kan

Cross Translation:
FromToVia
fuite lek leak — hole which admits water or other fluid, or lets it escape
fuite lek leak — entrance or escape of a fluid

Verwante vertalingen van fuite