Frans

Uitgebreide vertaling voor indifférence (Frans) in het Nederlands

indifférence:

indifférence [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'indifférence (insensibilité; impassibilité)
    de gevoelloosheid; de onverschilligheid; de ongeïnteresseerdheid; afgestomptheid; de ongevoeligheid; de gevoelsarmoede
  2. l'indifférence (apathie; indigence; indolence)
    de lusteloosheid; de lauwheid; ongeanimeerdheid

indifférence [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. l'indifférence (indolence)
    de onverschilligheid; de indolentie; de laksheid

Vertaal Matrix voor indifférence:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
afgestomptheid impassibilité; indifférence; insensibilité
gevoelloosheid impassibilité; indifférence; insensibilité anesthésie; assourdissement; engourdissement; impassibilité; insensibilité; étourdissement
gevoelsarmoede impassibilité; indifférence; insensibilité
indolentie indifférence; indolence apathie; indolence; inertie; lenteur; lourdeur; léthargie; narcolepsie; paresse
laksheid indifférence; indolence faiblesse; mollesse
lauwheid apathie; indifférence; indigence; indolence
lusteloosheid apathie; indifférence; indigence; indolence
ongeanimeerdheid apathie; indifférence; indigence; indolence
ongevoeligheid impassibilité; indifférence; insensibilité anesthésie; assourdissement; impassibilité; insensibilité
ongeïnteresseerdheid impassibilité; indifférence; insensibilité
onverschilligheid impassibilité; indifférence; indolence; insensibilité

Synoniemen voor "indifférence":


Wiktionary: indifférence

indifférence
noun
  1. Traductions à trier suivant le sens

Cross Translation:
FromToVia
indifférence onverschilligheid indifference — the state of being indifferent

Verwante vertalingen van indifférence