Home ->Woordenboeken ->Frans/Nederlands ->Vertaal sanctifier

Vertaal sanctifier van Frans naar Nederlands

Overzicht

Frans naar Nederlands: Meer gegevens...

sanctifier:
- wijden; zegenen; inzegenen; heiligen; inwijden
Wiktionary:
- sanctifier → heiligen

Frans

Uitgebreide vertaling voor sanctifier (Frans) in het Nederlands

sanctifier:

sanctifier werkwoord (sanctifie, sanctifies, sanctifions, sanctifiez, sanctifient, sanctifiais, sanctifiait, sanctifiions, sanctifiiez, sanctifiaient, sanctifiai, sanctifias, sanctifia, sanctifiâmes, sanctifiâtes, sanctifièrent, sanctifierai, sanctifieras, sanctifiera, sanctifierons, sanctifierez, sanctifieront)

sanctifier (consacrer; bénir; donner la bénédiction)
wijden; zegenen; inzegenen; heiligen; inwijden
- wijden werkwoord (wijd, wijdt, wijdde, wijdden, gewijd)
- zegenen werkwoord (zegen, zegent, zegende, zegenden, gezegend)
- inzegenen werkwoord (zegen in, zegent in, zegende in, zegenden in, ingezegend)
- heiligen werkwoord (heilig, heiligt, heiligde, heiligden, geheiligd)
- inwijden werkwoord (wijd in, wijdt in, wijdde in, wijdden in, ingewijd)

Conjugations for sanctifier:

Présent

sanctifie
sanctifies
sanctifie
sanctifions
sanctifiez
sanctifient

imparfait

sanctifiais
sanctifiais
sanctifiait
sanctifiions
sanctifiiez
sanctifiaient

passé simple

sanctifiai
sanctifias
sanctifia
sanctifiâmes
sanctifiâtes
sanctifièrent

futur simple

sanctifierai
sanctifieras
sanctifiera
sanctifierons
sanctifierez
sanctifieront

subjonctif présent

que je sanctifie
que tu sanctifies
qu'il sanctifie
que nous sanctifiions
que vous sanctifiiez
qu'ils sanctifient

conditionnel présent

sanctifierais
sanctifierais
sanctifierait
sanctifierions
sanctifieriez
sanctifieraient

passé composé

ai sanctifié
as sanctifié
a sanctifié
avons sanctifié
avez sanctifié
ont sanctifié

divers

sanctifie!
sanctifiez!
sanctifions!
sanctifié
sanctifiant

1. je, 2. tu, 3. il/elle/on, 4. nous, 5. vous, 6. ils/elles

Vertaal Matrix voor sanctifier:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
zegenen		bénédiction; félicité; grâce; magnificence; salut; voeu de bonheur
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
heiligen	bénir; consacrer; donner la bénédiction; sanctifier
inwijden	bénir; consacrer; donner la bénédiction; sanctifier	inaugurer; installer
inzegenen	bénir; consacrer; donner la bénédiction; sanctifier
wijden	bénir; consacrer; donner la bénédiction; sanctifier
zegenen	bénir; consacrer; donner la bénédiction; sanctifier

Synoniemen voor "sanctifier":

consacrer; diviniser; ennoblir; célébrer; béatifier; canoniser

Wiktionary: sanctifier

Cross Translation:

From	To	Via
• sanctifier	→ heiligen	↔ hallow — to sanctify