Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. savoir faire:


Frans

Uitgebreide vertaling voor savoir faire (Frans) in het Nederlands

savoir faire:

savoir faire werkwoord

  1. savoir faire (être capable de; pouvoir; savoir; être en état de; avoir le sens de)
    kunnen; in staat zijn; vermogen
    • kunnen werkwoord (kan, kunt, kon, konden, gekund)
    • in staat zijn werkwoord (ben in staat, bent in staat, is in staat, was in staat, waren in staat, in staat geweest)
    • vermogen werkwoord

Vertaal Matrix voor savoir faire:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
vermogen avoir; biens; capacité; force; fortune; pouvoir; pouvoirs; puissance
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
in staat zijn avoir le sens de; pouvoir; savoir; savoir faire; être capable de; être en état de
kunnen avoir le sens de; pouvoir; savoir; savoir faire; être capable de; être en état de
vermogen avoir le sens de; pouvoir; savoir; savoir faire; être capable de; être en état de

Verwante vertalingen van savoir faire