Se dessécher in het Nederlands vertaald uit het Frans

Overzicht

Frans naar Nederlands: Meer gegevens...

se dessécher:
- indrogen; uitdrogen; verdrogen; opdrogen; verdorren; drogen; verwelken; verkommeren; verleppen
Wiktionary:
- se dessécher → verdwijnen, krimpen, smelten

Frans

Uitgebreide vertaling voor se dessécher (Frans) in het Nederlands

se dessécher (se déshydrater; sécher; tarir; se tarir)
indrogen; uitdrogen; verdrogen; opdrogen; verdorren
- indrogen werkwoord (droog in, droogt in, droogde in, droogden in, ingedroogd)
- uitdrogen werkwoord (droog uit, droogt uit, droogde uit, droogden uit, uitgedroogd)
- verdrogen werkwoord (verdroog, verdroogt, verdroogde, verdroogden, verdrogen)
- opdrogen werkwoord (droog op, droogt op, droogde op, droogden op, opgedroogd)
- verdorren werkwoord (verdor, verdort, verdorde, verdorden, verdord)
se dessécher (sécher; se déshydrater; se tarir; dessécher; s'assécher)
drogen; opdrogen
- drogen werkwoord (droog, droogt, droogde, droogden, gedroogd)
- opdrogen werkwoord (droog op, droogt op, droogde op, droogden op, opgedroogd)
se dessécher (se faner; dessécher; se flétrir)
verwelken; verkommeren; verdorren; verleppen
- verwelken werkwoord (verwelk, verwelkt, verwelkte, verwelkten, verwelkt)
- verkommeren werkwoord (verkommer, verkommert, verkommerde, verkommerden, verkommerd)
- verdorren werkwoord (verdor, verdort, verdorde, verdorden, verdord)
- verleppen werkwoord (verlep, verlept, verlepte, verlepten, verlept)

Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
drogen	dessécher; s'assécher; se dessécher; se déshydrater; se tarir; sécher	assécher; donner une raclée à; faire sécher; mettre à sec; rosser; sécher
indrogen	se dessécher; se déshydrater; se tarir; sécher; tarir	se rabrougir; se racornir; se ratatiner; se recroqueviller; se rétrécir en séchant
opdrogen	dessécher; s'assécher; se dessécher; se déshydrater; se tarir; sécher; tarir
uitdrogen	se dessécher; se déshydrater; se tarir; sécher; tarir
verdorren	dessécher; se dessécher; se déshydrater; se faner; se flétrir; se tarir; sécher; tarir
verdrogen	se dessécher; se déshydrater; se tarir; sécher; tarir
verkommeren	dessécher; se dessécher; se faner; se flétrir	délabrer; dépérir
verleppen	dessécher; se dessécher; se faner; se flétrir
verwelken	dessécher; se dessécher; se faner; se flétrir

Cross Translation:

From	To	Via
• se dessécher	→ verdwijnen; krimpen; smelten	↔ dwindle — (intransitive) to decrease, shrink, vanish