Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. shopping:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor shopping (Frans) in het Nederlands

shopping:

shopping [le ~] zelfstandig naamwoord

  1. le shopping
    winkelen

Vertaal Matrix voor shopping:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
winkelen shopping
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
winkelen emmagasiner; faire provision de

Synoniemen voor "shopping":

  • chalandage; lèche-vitrines; magasinage

Wiktionary: shopping

shopping
noun
  1. angl|fr action d’aller dans les magasins pour y effectuer des achats et observer les différents produits vendus.

Cross Translation:
FromToVia
shopping winkelen; boodschappen doen shopping — activity of buying

Verwante vertalingen van shopping