Overzicht
Frans naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. spécialité:
  2. Wiktionary:


Frans

Uitgebreide vertaling voor spécialité (Frans) in het Nederlands

spécialité:

spécialité [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la spécialité
    de specialiteit; de specialité
  2. la spécialité (spécialisation; domaine professionnel; branche; discipline; ordre)
    het vakgebied; het specialisme; de specialisatie

Vertaal Matrix voor spécialité:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
specialisatie branche; discipline; domaine professionnel; ordre; spécialisation; spécialité spécialisation
specialisme branche; discipline; domaine professionnel; ordre; spécialisation; spécialité
specialiteit spécialité
specialité spécialité
vakgebied branche; discipline; domaine professionnel; ordre; spécialisation; spécialité

Synoniemen voor "spécialité":


Wiktionary: spécialité

spécialité
noun
  1. caractère de ce qui est spécial.
spécialité
noun
  1. bijzondere kennis of vaardigheid van iemand

Cross Translation:
FromToVia
spécialité eigenschap feature — important or main item
spécialité specialiteit; terrein specialty — that in which one specializes