Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. belhamel:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor belhamel (Nederlands) in het Duits

belhamel:

belhamel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de belhamel (raddraaier; raddraaister)
    der Rädelsführer; der Krachmacher; der Anführer; der Rüpel; der Anstifter; die Anführerin; der Lärmmacher

Vertaal Matrix voor belhamel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Anführer belhamel; raddraaier; raddraaister aanstichter; aanstichters; aanvoerder; aanvoerders; aanzetter; bestuurder; bevelhebber; commandant; hoofd; hoofdleider; hoofdman; hoofdmannen; hopmannen; instigator; kapitein; kopmannen; kopstuk; kopstukken; leider; leider bij de verkenners; leiders; manager; meesterknecht; opperhoofd; oprichter; opstoker; scheepskapitein; schipper; stamhoofd; stichter; voormannen; voorwerker; voorzitter
Anführerin belhamel; raddraaier; raddraaister aanvoerder; bevelhebber; commandant; hopvrouw; kapitein
Anstifter belhamel; raddraaier; raddraaister aanstichter; aanstichters; oprichter; opstokers; stichter
Krachmacher belhamel; raddraaier; raddraaister herrieschopper; krakeler; querulant; rouwdouwer; ruw iemand; ruzieschopper; ruziezoeker
Lärmmacher belhamel; raddraaier; raddraaister druktemaker; herrieschopper; kabaalmaker; lawaaimaker; levenmaker; rouwdouwer; ruw iemand
Rädelsführer belhamel; raddraaier; raddraaister raddraaiers
Rüpel belhamel; raddraaier; raddraaister hufter; jongen; kinkel; klootzak; lummel; pummel; rakker; rekel; rouwdouwer; ruw iemand; schoffie; stouterd; vlegel; vlerk

Verwante woorden van "belhamel":

  • belhamels

Wiktionary: belhamel

belhamel
noun
  1. een gecastreerd mannelijk schaap dat met een bel om zijn nek vaak de kudde leidt
  2. een scheldwoord dat (vooral vroeger) gebruikt werd voor kinderen die kattenkwaad uithaalden

Cross Translation:
FromToVia
belhamel Leithammel bellwether — the leading sheep of a flock, having a bell hung round its neck