Overzicht
Nederlands naar Duits:   Meer gegevens...
  1. eierschaal:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor eierschaal (Nederlands) in het Duits

eierschaal:

eierschaal [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de eierschaal
    die Eierschale; die Schale

Vertaal Matrix voor eierschaal:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Eierschale eierschaal
Schale eierschaal bak; bast; etensbak; ovenschaal; peul; schaal; schaaltje; schil; schors; vel

Verwante woorden van "eierschaal":

  • eierschalen

Wiktionary: eierschaal


Cross Translation:
FromToVia
eierschaal Eierschale eggshell — object
eierschaal Schale; Eierschale shell — hard covering of an egg