Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Duits ->Vertaal kastjes

Vertaal kastjes van Nederlands naar Duits

Overzicht

Nederlands naar Duits: Meer gegevens...

kastjes:
- Schränke; Schreine; Schränkchen
kastje:
- Schrank; Kästchen; Schränkchen; Kisten; Kistchen; Schrein

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor kastjes (Nederlands) in het Duits

kastjes:

kastjes [znw.] zelfstandig naamwoord

kastjes (kabinetjes)
die Schränke; die Schreine; die Schränkchen
- Schränke [die ~] zelfstandig naamwoord
- Schreine [die ~] zelfstandig naamwoord
- Schränkchen [die ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor kastjes:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Schreine	kabinetjes; kastjes	kabinetten; kasten; kistjes; schrijnen
Schränkchen	kabinetjes; kastjes	kabinetje; kabinetten; kast; kasten; kastje
Schränke	kabinetjes; kastjes	kabinetten; kasten

Verwante woorden van "kastjes":

kastje

kastje:

kastje [het ~] zelfstandig naamwoord

het kastje (kast; kabinetje)
der Schrank; Kästchen; Schränkchen; die Kisten; Kistchen; der Schrein
- Schrank [der ~] zelfstandig naamwoord
- Kästchen [das ~] zelfstandig naamwoord
- Schränkchen [das ~] zelfstandig naamwoord
- Kisten [die ~] zelfstandig naamwoord
- Kistchen [das ~] zelfstandig naamwoord
- Schrein [der ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor kastje:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Kistchen	kabinetje; kast; kastje
Kisten	kabinetje; kast; kastje
Kästchen	kabinetje; kast; kastje	doosje; herenkostuum; kistje; kleine opbergdoos; kratje; moot; pak; plak; relikwiehouder; schrijn; tranche
Schrank	kabinetje; kast; kastje	kabinet; kabinetkast
Schrein	kabinetje; kast; kastje	relikwiehouder; schrijn
Schränkchen	kabinetje; kast; kastje	kabinetjes; kabinetten; kasten; kastjes

Verwante woorden van "kastje":

kastjes